Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente LEIDEN en de BURGEMEESTER van de gemeente LEIDEN, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

gezien het voorstel d.d. 19 december 2023 tot het vaststellen van de Bevoegdhedenregeling van de gemeente Leiden;

gelet op afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht en artikel 171, lid 2 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

Vast te stellen de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    afdeling: organisatie-eenheid van een cluster waaraan een afdelingsmanager leiding geeft. Afdelingen kunnen meer teams hebben.

  • b.

    afdelingsmanager: de manager van een afdeling is als hiërarchisch leidinggevende verantwoordelijk voor het behalen van de door de directeur opgedragen taken en doelstellingen. De afdelingsmanager heeft een verantwoordingsplicht aan de directeur van het cluster.

  • c.

    ambtelijk opdrachtgever: een functionaris die verantwoordelijk is voor de aansturing van de ambtelijk opdrachtnemer die moet zorgen voor de realisatie van een project, programma of proces volgens een vastgestelde startopdracht.

  • d.

    ambtelijk opdrachtnemer: een functionaris die verantwoordelijk is voor de realisatie van een project, programma of proces volgens een vastgestelde startopdracht.

  • e.

    bestuursovereenkomst: overeenkomst tussen bestuursorganen van een of meer overheden op basis van artikel 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

  • f.

    burgemeester: de burgemeester van Leiden of de vervanger, als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de gemeente in en buiten rechte.

  • g.

    cluster: bundeling van organisatie-eenheden met samenhangende taken. De clusters staan onder hiërarchische leiding van een directeur en kunnen meer afdelingen hebben.

  • h.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden.

  • i.

    conservator: een functionaris die adviseert en beleid ontwikkelt voor collectievorming van archeologische en bouwhistorische vondsten.

  • j.

    convenant: overeenkomst tussen de overheid en een privaatrechtelijke partij waarbij partijen afspraken maken over de uitoefening van publiekrechtelijke bevoegdheden.

  • k.

    coördinerend senior (teamleidinggevende): functionaris die de door het directieteam vastgestelde functionele en operationele leidinggevende verantwoordelijkheden heeft om het team aan te sturen.

  • l.

    dienstverleningsovereenkomst (dvo): overeenkomst waarbij partijen afspraken maken over de concrete invulling van bepaalde dienstverlening. Een dvo is ter uitvoering van een andere overeenkomst of een gemeenschappelijke regeling.

  • m.

    directeur: de hoogste leidinggevende van een cluster of instelling met eindverantwoordelijkheid daarvoor die de gemeentesecretaris bijstaat in de uitvoering van de taken. De directeur heeft een verantwoordingsplicht aan de gemeentesecretaris.

  • n.

    functionaris gegevensbescherming: een functionaris die binnen de organisatie toezicht houdt op de toepassing en naleving van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG).

  • o.

    gemeente: de gemeente als publiekrechtelijk lichaam en de gemeente als privaatrechtelijke rechtspersoon.

  • p.

    gemeentesecretaris: de secretaris zoals bedoeld in artikel 10 en volgende van de Gemeentewet. De secretaris is ook de algemeen directeur en daarmee de hoogste leidinggevende van de ambtelijke organisatie

  • q.

    griffier: de griffier van de gemeenteraad van Leiden.

  • r.

    instelling: een op afstand geplaatste organisatie-eenheid die specifieke taken heeft op een bepaald werkterrein.

  • s.

    locoburgemeester: de plaatsvervangend burgemeester.

  • t.

    machtiging: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester handelingen te verrichten die geen besluit, en ook geen privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

  • u.

    medewerker: functionaris werkzaam binnen de ambtelijke organisatie van de gemeente niet vallend onder de omschrijving onder b, c, d, i, k, m, n, p, q, x, cc en dd.

  • v.

    (onder)mandaat: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester besluiten te nemen.

  • w.

    portefeuillehouder: een lid van het college en verantwoordelijk voor een bepaalde portefeuille.

  • x.

    privacy officer: een functionaris die verantwoordelijk is voor de naleving van de privacywetgeving.

  • y.

    publiek-private samenwerking (pps): samenwerkingsverband tussen overheid en bedrijfsleven om samen een project te realiseren met zowel maatschappelijke als commerciële doelen.

  • z.

    raad: de gemeenteraad van Leiden.

  • aa.

    startopdracht: een door de gemeentesecretaris of directeur vastgestelde opdracht voor de uitvoering van een project, programma of proces.

  • bb.

    team: organisatie-eenheid van een afdeling waaraan een teammanager, teamcoördinator of coördinerend senior leiding geeft.

  • cc.

    teamcoördinator (teamleidinggevende): functionaris die de door het directieteam vastgestelde hiërarchische, functionele en operationele leidinggevende verantwoordelijkheden heeft om het team aan te sturen.

  • dd.

    teammanager (teamleidinggevende): functionaris die alle leidinggevende verantwoordelijkheden heeft om het team aan te sturen met uitzondering van rechtspositionele besluiten.

  • ee.

    volmacht: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

Artikel 2 Geattribueerde bevoegdheden

Deze Bevoegdhedenregeling gaat niet over geattribueerde bevoegdheden.

Artikel 3 Mandaat portefeuillehouder en gemeentesecretaris

  • 1. De portefeuillehouder krijgt mandaat voor de bevoegdheden van het college en de burgemeester zoals genoemd in bijlage 2. Deze bevoegdheden liggen alleen bij de portefeuillehouder.

  • 2. De gemeentesecretaris krijgt mandaat voor de overige bevoegdheden van het college en de burgemeester. Dit geldt niet voor de bevoegdheden die de portefeuillehouder op grond van lid 1 heeft.

  • 3. De in bijlage 1 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij het college dan wel de burgemeester.

Artikel 4 Mandaat overige functionarissen

  • 1. De gemeentesecretaris mandateert de bevoegdheden op grond van artikel 3, lid 2 aan:

    • a.

      de directeur;

    • b.

      de afdelingsmanager;

    • c.

      de teammanager;

    • d.

      de teamcoördinator;

    • e.

      de coördinerend senior;

    • f.

      overige medewerkers;

    en aan de plaatsvervangers van de onder a tot en met e genoemde functionarissen.

  • 2. De in bijlage 3 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij de gemeentesecretaris.

  • 3. De in bijlage 4 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij de directeur.

  • 4. De in bijlage 5 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij de afdelingsmanager.

  • 5. De in bijlage 6 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij de teammanager.

  • 6. De in bijlage 7 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij de teamcoördinator.

  • 7. De in bijlage 8 genoemde bevoegdheden liggen alleen bij bepaalde specifieke functionarissen.

  • 8. Als geen sprake is van een teammanager dan blijven de bevoegdheden die in bijlage 6 staan bij de afdelingsmanager liggen.

  • 9. Als geen sprake is van een teamcoördinator dan blijven de bevoegdheden die in bijlage 7 staan bij de teammanager liggen. Als er ook geen teammanager is dan blijven de bevoegdheden bij de afdelingsmanager liggen.

  • 10. Het is de onder a t/m e genoemde functionarissen niet toegestaan om ondermandaat te verlenen voor de bevoegdheden die bij hen liggen.

Artikel 5 Voorwaarden mandaat

  • 1. Voor de in artikel 4, eerste lid genoemde functionarissen gelden de volgende voorwaarden:

    • a.

      het mandaat geldt alleen voor bevoegdheden die behoren tot het werkterrein van hun cluster, tot de aan hen opgedragen opgave of tot hun eigen werkterrein;

    • b.

      de uitoefening van de bevoegdheid blijft binnen de vastgestelde beleidskaders. Deze voorwaarde geldt niet voor bevoegdheden die gaan over omgevingsvergunningen en maatwerkvoorschriften;

    • c.

      de geldende Budgethoudersregeling van de gemeente Leiden is altijd van toepassing bij de uitoefening van de bevoegdheid.

  • 2. Voor de in artikel 4, eerste lid onder f genoemde functionarissen geldt daarnaast de volgende voorwaarde:

    • a.

      er is sprake van routinematige werkzaamheden.

Artikel 6 Instructies uitoefening mandaat

  • 1. De functionaris volgt bij de uitoefening van het mandaat de volgende instructies op:

    • a.

      als een taak/bevoegdheid/besluit onderdelen bevat waarvan het mandaat bij een ander cluster ligt, dan overlegt hij eerst met het andere cluster. Pas na dit overleg kan hij gebruik maken van het mandaat; en

    • b.

      de functionarissen genoemd in artikel 4, eerste lid onder c t/m f maken bij voorkeur gebruik van het 4-ogen principe door een functionaris uit hetzelfde cluster.

  • 2. De functionaris zorgt voor afstemming met het bestuursorgaan of de portefeuillehouder(s) voordat hij een besluit neemt als:

    • a.

      het om een bevoegdheid gaat waarover door de raad in een eerder stadium vragen aan het college of de burgemeester zijn gesteld;

    • b.

      het bestuursorgaan of de portefeuillehouder heeft aangegeven eerst overleg te willen;

    • c.

      bij een besluit meerdere clusters/portefeuilles betrokken zijn, die niet dezelfde mening hebben;

    • d.

      het besluit of de (rechts)handeling als politiek, bestuurlijk of om een andere reden gevoelig ligt;

    • e.

      de uitoefening van de bevoegdheid tot kritische berichtgeving in de media heeft geleid of je vanwege de aard van de bevoegdheid kan verwachten dat dit zal gebeuren.

  • 3. Het niet opvolgen van de instructies zoals opgenomen onder het eerste en tweede lid leidt niet tot onbevoegdheid van de gemandateerde functionaris.

  • 4. Bij afwezigheid van een functionaris mag een (plaats)vervanger de bevoegdheden uit deze regeling uitoefenen. In het Organisatiebesluit staat wie als (plaats)vervangers zijn aangewezen.

Artikel 7 Mandaat griffier

De griffier krijgt mandaat tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten over aanbestedingen van diensten en leveringen als deze over de griffie gaan.

  • 2.

    het aangaan en ondertekenen van overeenkomsten als deze over de griffie gaan. Dit geldt niet voor convenanten, bestuursovereenkomsten en intentieverklaringen.

Artikel 8 Ondertekening

Functionarissen ondertekenen de stukken als volgt:

namens burgemeester en wethouders / dan wel de burgemeester

gemeente Leiden

functie, Afdeling

handtekening

Voornaam Achternaam

Artikel 9 Volmacht en machtiging

Deze regeling geldt ook als sprake is van de verlening van:

  • a.

    volmacht;

  • b.

    machtiging.

Artikel 10 Overgangsbepaling

De Bevoegdhedenregeling zoals die gold voor 1 januari 2024 blijft van toepassing voor bevoegdheden die onder de Omgevingswet vervallen. Het gaat hierbij om bevoegdheden die onder specifieke omstandigheden tijdelijk van kracht blijven. Dit volgt uit het overgangsrecht dat behoort bij de Omgevingswet.

Artikel 11 Intrekking vorige besluit

Op het moment dat dit besluit inwerking treedt, wordt de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2023 ingetrokken.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Dit besluit heet "Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024".

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 19 december 2023.

Het college van Burgemeester en Wethouders

de secretaris

P.M van Vliet

de burgemeester

drs. P.C.A.M. van der Velden

Leiden, 19 december 2023.

de Burgemeester

drs. P.C.A.M. van der Velden

Leiden, 19 december 2023

Bijlage 1

Bevoegdheden die op grond van artikel 3, derde lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden alleen bij het college liggen of bij de burgemeester.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

1. BESTUURLIJK-JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN

1.1 Publiekrecht

Het college blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het doen van voorstellen aan de raad.

  • 2.

    het vaststellen van het organisatiebesluit.

  • 3.

    het vaststellen van regels voor de ambtelijke organisatie.

  • 4.

    het vaststellen van beleidsregels, voor zover deze niet door de raad worden vastgesteld.

  • 5.

    het nemen van besluiten over het toepassen van participatie en de wijze waarop.

  • 6.

    het nemen van besluiten voor individuele gevallen, die niet onder een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel vallen. Dit geldt ook voor het toepassen van de hardheidsclausule in een algemeen verbindend voorschrift.

  • 7.

    het nemen van omgevingsrechtelijke besluiten in afwijking van beleid, richtlijnen en/of voorschriften. Dit geldt niet voor besluiten over omgevingsvergunningen en maatwerkvoorschriften.

  • 8.

    het vaststellen van het voorontwerp en ontwerp omgevingsplan.

  • 9.

    het vaststellen van de voorontwerp en ontwerp omgevingsvisie.

  • 10.

    het vaststellen van een wijziging van het omgevingsplan op grond van een door de gemeenteraad gedelegeerde bevoegdheid bedoeld in artikel 2.8 van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor het voorontwerp en een ontwerp van deze wijziging.

  • 11.

    het vaststellen van een programma bedoeld in artikel 3.4 van de Omgevingswet en van een voorontwerp en een ontwerp van dit programma.

  • 12.

    het nemen van een voorbereidingsbesluit (als wijziging van het omgevingsplan) als de gemeenteraad de bevoegdheid daartoe gedelegeerd heeft aan het college op basis van artikel 4.14, vijfde lid van de Omgevingswet.

  • 13.

    het nemen van besluiten op verzoeken om informatie op grond van de Wet open overheid als die gaan over een ramp als bedoeld in de Wet veiligheidsregio's.

  • 14.

    het vaststellen van subsidieregelingen en het daarbij horend subsidieplafond.

  • 15.

    het weigeren van het verzoek van de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand om ergens anders binnen de gemeente ambtsbezigheden te verrichten.

  • 16.

    het nemen van het besluit tot de intrekking of weigering van een BIBOB beschikking.

  • 17.

    het nemen van besluiten die in een document staan dat is gericht tot:

    • -

      de raad;

    • -

      de Koning(in) en andere leden van het Koninklijk Huis;

    • -

      de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen;

    • -

      de voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer van de Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie;

    • -

      de vice-president van de Raad van State;

    • -

      de president van de Algemene Rekenkamer;

    • -

      de Nationale Ombudsman, als het een document is over formele klachten;

    • -

      enig bestuursorgaan van een provincie of een gemeente;

    • -

      enig bestuursorgaan van een waterschap of een hoogheemraadschap;

  • Dit geldt niet als sprake is van een aanvraag voor een subsidie, vergunning, ontheffing, een maatwerkbesluit of vrijstelling ten behoeve van de gemeente Leiden.

  • 18.

    het verlenen van mandaat aan externen die niet werkzaam zijn onder directe verantwoordelijkheid van het college of de burgemeester.

  • 19.

    het nemen van de beslissing op bezwaar over bezwaarschriften als dit afwijkt van het advies van een commissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Awb, of van het advies van de ambtelijk hoorder. Deze uitzondering geldt niet voor beslissingen op bezwaar over het ‘fiets-fout = fiets-weg’ beleid.

  • 20.

    het benoemen van personen in bestuurscommissies als bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet.

  • 21.

    het benoemen van personen in commissies als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet.

  • 22.

    het aanwijzen van de gemeentearchivaris.

  • 23.

    het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet.

  • 24.

    het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet.

  • 25.

    het aanwijzen van de functionaris gegevensbescherming.

Bij de burgemeester blijven liggen:

  • 1.

    alle bevoegdheden die hij heeft op het gebied van openbare orde en veiligheid op grond van de Gemeentewet en specifieke wetten.

  • 2.

    het nemen van besluiten over het toepassen van participatie en de wijze waarop als het gaat om besluiten van de burgemeester.

1.2 Privaatrecht

Het college blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het besluiten tot het aangaan van publiek-private samenwerkings-constructies, convenanten, en bestuursovereenkomsten.

  • 2.

    het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten als:

    • a.

      op grond van de Gemeentewet het college de raad vooraf over de overeenkomst moet informeren, omdat de raad daarom heeft verzocht;

    • b.

      op grond van de Gemeentewet de raad vooraf in de gelegenheid gesteld is wensen en bedenkingen over de overeenkomst aan te geven bij het college omdat deze ingrijpende gevolgen voor de gemeente kan hebben.

    • c.

      de raad ter zake om informatie heeft gevraagd.

  • 3.

    het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot:

    • -

      de aan- en verkoop van stukjes grond met een minimale (verkoop)waarde van €300.000,-

    • -

      het vestigen van zakelijke rechten met een minimale waarde van €300.000,--,

    • -

      (ver)huur met een minimale maandhuur van €25.000,-.

  • 4.

    het besluiten tot het aangaan van een overeenkomst voor het verhalen van kosten bedoeld in artikel 13.13, eerste lid, van de Omgevingswet. Dit geldt alleen als het totaal van de geschatte kosten die de gemeente maakt meer bedraagt dan € 300.000,-.

  • 5.

    het besluiten tot het aangaan van rekening courant-overeenkomsten.

  • 6.

    het afgeven van garanties, borgstellingen en dergelijke. Hierbij past het college de Verordening gemeentegaranties toe.

  • 7.

    het vaststellen van tarieven voor commerciële dienstverlening aan derden.

  • 8.

    het nemen van besluiten tot weigering van onder 1 t/m 4 en lid 7 genoemde (rechts)handelingen.

  • 9.

    het nemen van besluiten tot het aangaan van civiele procedures over vorderingen met een financieel belang hoger dan € 50.000,-.

  • 10.

    het nemen van besluiten om hoger beroep of cassatie in te stellen namens de gemeente of het gemeentebestuur in civiele procedures.

  • 11.

    het besluiten tot het toepassen van alternatieve geschillenbeslechting, niet zijnde arbitrage of het voorleggen van geschillen aan scheidslieden.

  • 12.

    het treffen van een schikking als hiervoor geen financiële middelen op de geldende begroting beschikbaar zijn.

  • 13.

    het nemen van besluiten tot de oprichting van of de deelneming in rechtspersonen, na zienswijze van de raad.

  • 14.

    het kwijtschelden, oninbaar verklaren en buiten invordering stellen van vorderingen hoger dan € 50.000,-.

  • 15.

    het nemen van besluiten tot aanvaarding of afwijzing van erfstellingen en legaten anders dan bedoeld in de overige bijlagen.

  • 16.

    het nemen van besluiten tot aanvaarding of afwijzing van schenkingen, anders dan bedoeld in de overige bijlagen.

  • 17.

    het nemen van besluiten tot het doen van een schenking.

  • 18.

    het aanvaarden van een aanbod tot sponsoring.

  • 19.

    het aanvragen van surseance van betaling en faillissement.

  • 20.

    het nemen van besluiten over het verstrekken van geldleningen, binnen de kaders van de Financiële verordening.

  • 21.

    het benoemen van personen als vertegenwoordiger van de gemeente Leiden in bestuurs- en toezichthoudende organen van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen.

  • 22.

    het benoemen van personen in adviesorganen van het college, met uitzondering van het benoemen van een nadeelcompensatieadviseur.

2. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

Het college blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het besluiten tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst en overige besluiten over de rechtspositie van de volgende functionarissen:

    • -

      de gemeentesecretaris-algemeen directeur;

    • -

      de interne accountant;

    • -

      de gemeentearchivaris;

    • -

      de functionaris gegevensbescherming;

    • -

      de concerncontroller.

  • 2.

    het vaststellen van de functiebeschrijving van de gemeentesecretaris-algemeen directeur.

  • 3.

    het besluiten tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst en overige besluiten over de rechtspositie van de directeur op grond van wetten in formele zin, de Cao Gemeenten of het Personeelshandboek.

De burgemeester blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het ondertekenen van een arbeidsovereenkomst met de gemeentesecretaris.

  • 2.

    de afdoening van klachten op grond van de klachtenregeling wegens ongewenst gedrag van het college, een collegelid, raad of raadslid en de gemeentesecretaris. De klachtenambtenaar ondersteunt hierbij.

  • 3.

    de afdoening van formele klachten op grond van de geldende klachtenregeling als de klacht een gedraging van het college, een collegelid of de raad is.

De locoburgemeester blijft bevoegd tot:

  • 1.

    de afdoening van klachten op grond van de geldende klachtenregeling wegens ongewenst gedrag van de burgemeester als bestuursorgaan, vertegenwoordiger van de gemeente of lid van het college. De klachtenambtenaar ondersteunt hierbij.

  • 2.

    de afdoening van formele klachten op grond van de geldende klachtenregeling als de klacht de gedraging van de burgemeester als bestuursorgaan, vertegenwoordiger van de gemeente of lid van het college betreft.

Bijlage 2

Bevoegdheden die op grond van artikel 3, eerste lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden zijn gemandateerd aan de portefeuillehouder en bij de portefeuillehouder blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

________________________________________

De portefeuillehouder krijgt mandaat, voor zover dit past binnen de door het college vastgestelde portefeuilleverdeling, tot:

  • 1.

    het nemen van de beslissing op bezwaar. Voorwaarde hierbij is dat de beslissing op bezwaar in lijn is met het advies van de Regionale Commissie Bezwaarschriften of het advies na ambtelijk horen.

  • 2.

    het nemen van de beslissing op verzoeken om nadeelcompensatie. Dit geldt niet als het verzoek om schade betrekking heeft op omgevingsvergunningen of maatwerkvoorschriften.

  • 3.

    het besluit tot het voeren van verweer in rechte als de gemeente als civiele partij voor de rechter moet komen. Hierbij geldt de instructie dat hij dit in de eerstvolgende vergadering van het college meldt.

  • 4.

    het vragen van adviezen als bedoeld in artikel 6 van het Reglement Leidse Sportfederatie.

  • 5.

    het nemen en ondertekenen van besluiten in verband met straatnaamgeving. Hierbij geldt de voorwaarde dat dit overeenkomstig het advies van de straatnaamcommissie is.

  • 6.

    het nemen van beslissingen met betrekking tot parkeerproducten voor parkeergarages binnen de door het college gestelde tariefkaders.

  • 7.

    het vaststellen van participatieplannen en participatieverslagen.

  • 8.

    het benoemen en ontslaan van leden van de beoordelingscommissie (in het kader van het onderwijs).

  • 9.

    het nemen van een nieuwe beslissing op bezwaar na vernietiging van de eerdere beslissing op bezwaar door de bestuursrechter.

Bijlage 3

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, tweede lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden bij de gemeentesecretaris blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

________________________________________

1. BESTUURLIJK-JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN

1.1. Publiekrecht

De gemeentesecretaris blijft bevoegd tot:

  • 1.

    de afdoening van formele klachten op grond van de klachtenregeling als de klacht over een gedraging van een directeur gaat. De klachtenambtenaar ondersteunt hierbij.

  • 2.

    de afdoening van klachten op grond van de klachtenregeling ongewenst gedrag.

  • 3.

    het vaststellen van de Budgethoudersregeling.

  • 4.

    het aanbrengen van wijzigingen in de hoofdorganisatiestructuur zoals opgenomen in het geldende Organisatiebesluit van de gemeente Leiden.

1.2. Privaatrecht

De gemeentesecretaris blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten om af te wijken van het vastgestelde aanbestedingsbeleid.

  • 2.

    het nemen van een besluit tot het uitsluiten van een inschrijver bij een aanbestedingsprocedure.

  • 3.

    het nemen van besluiten tot het aangaan en beëindigen van dienstverleningsovereenkomsten die voortvloeien uit een gemeenschappelijke regeling.

  • 4.

    het nemen van besluiten tot het wijzigen van dienstverleningsovereenkomsten die voortvloeien uit een gemeenschappelijke regeling en directieoverstijgend zijn.

2. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

De gemeentesecretaris blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het vaststellen van functies en functiewaarderingssystemen in het functieboek.

  • 2.

    het vastleggen van de lokale arbeidsvoorwaarden en personele regelingen in het Personeelshandboek.

  • 3.

    de vertegenwoordiging in het lokaal overleg met de vakbonden.

  • 4.

    het uitbrengen van de stem bij ledenraadplegingen van de VNG over de collectieve arbeidsvoorwaarden.

  • 5.

    het vaststellen van boventalligheid als gevolg van een reorganisatie. Hieronder valt ook de vaststelling van de startdatum van het Van-werk-naar-werktraject.

  • 6.

    overleg met de werkgeverscommissie van de griffie over wijzigingen in de arbeidsvoorwaarden.

  • 7.

    het uitoefenen van de operationele werkgeversrol naar de directeuren. Hieronder valt:

    • -

      de functionele aansturing;

    • -

      het geven van kaderstellende instructies;

    • -

      coachen;

    • -

      beoordelen en belonen;

    • -

      overige operationele werkgeverstaken.

  • 8.

    het nemen van besluiten over het re-integratietraject van een directeur of wethouder.

  • 9.

    het opzeggen van de arbeidsovereenkomst met een afdelingsmanager. Dit geldt niet:

    • -

      als de overeenkomst van rechtswege eindigt;

    • -

      bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd door de werknemer;

    • -

      bij beëindiging tijdens proeftijd.

  • 10.

    het ondertekenen van een arbeidsovereenkomst met de directeuren, de interne accountant, de gemeentearchivaris, de functionaris gegevensbescherming en de concerncontroller.

Bijlage 4

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, derde lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden bij de directeur blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

________________________________________

1. BESTUURLIJK-JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN

1.1 Publiekrecht

Alle directeuren blijven bevoegd tot:

  • 1.

    de afdoening van formele klachten op grond van de klachtenregeling als de klacht een gedraging van een afdelingsmanager betreft. De klachtenambtenaar ondersteunt hierbij.

  • 2.

    het aanbrengen van wijzigingen in de organisatiestructuur van de eigen organisatie-eenheid, zoals opgenomen in het Organisatiebesluit van de gemeente Leiden. Dit geldt alleen als het gaat om wijzigingen binnen een afdeling.

  • 3.

    het vaststellen van een startopdracht voor de uitvoering van een project, een programma of proces. Hierbij geldt de instructie dat de directeur vooraf afstemt met de verantwoordelijk portefeuillehouder.

De directeur van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanwijzen van de klachtencoördinator.

  • 2.

    het aanwijzen van de contactfunctionaris Wet open overheid (Woo).

  • 3.

    het vaststellen van de privacyverklaring gemeentelijke website.

De directeur van Erfgoed Leiden en Omstreken blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het vaststellen, wijzigen en intrekken van het Reglement Erfgoed Leiden en Omstreken.

De directeur van het cluster Publiekszaken, Handhaving en Veiligheid blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van de beslissing op bezwaar op bezwaarschriften tegen besluiten over het Fiets Fout=Fiets Weg beleid. Dit geldt alleen als deze beslissing afwijkt van het advies na ambtelijk horen.

De directeur van het cluster Stedelijke Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het instellen van beroep tegen een reactief interventiebesluit bedoeld in artikel 16.21 van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening.

  • 2.

    het instellen van beroep tegen een projectbesluit bedoeld in artikel 5.44, eerste lid, van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening.

  • 3.

    het instellen van beroep tegen het goedkeuringsbesluit van Gedeputeerde Staten voor een projectbesluit van het waterschap bedoeld in artikel 16.72, eerste lid, van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening.

De directeur DZB blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanbieden en het beëindigen van een op de arbeidsinschakeling gerichte voorziening aan personen uit de doelgroep van de Participatiewet. De gemeentelijke Re-integratieverordening is hierbij van toepassing.

  • 2.

    het voorselecteren van personen voor beschut werk en het inwinnen van advies bij het UWV voor de beoordeling van de geselecteerde personen.

  • 3.

    het aanvragen van adviezen bij het UWV over het vaststellen van de doelgroep loonkostensubsidie en de loonwaarde van een persoon.

  • 4.

    het aangaan en opzeggen van arbeidsovereenkomsten met werknemers volgens de cao SW.

  • 5.

    het intrekken van een her-indicatiebeschikking WSW.

1.2 Privaatrecht

Alle directeuren blijven bevoegd tot:

  • 1.

    de vertegenwoordiging van de gemeente buiten rechte tot een bedrag van € 500.000,-.

  • 2.

    het bij de rechtbank aanhangig maken van een vordering tot het betalen van een geldsom van€ 5.000,- of meer.

  • 3.

    het nemen van het besluit dat de gemeente zich voegt in een strafzaak.

  • 4.

    het nemen van besluiten tot het aangaan van civiele procedures over vorderingen met een financieel belang tot een bedrag van € 50.000,-.

  • 5.

    het nemen van het besluit tot het voeren van verweer in civiele en strafrechtelijke procedures. Dit geldt ook voor het opstellen van het procesbesluit en het verstrekken van de daarbij horende machtiging. Voor deze bevoegdheid geldt de instructie dat de directeur de portefeuillehouder vooraf informeert.

  • 6.

    het treffen van een schikking, als hiervoor financiële middelen op de geldende begroting beschikbaar zijn.

  • 7.

    het nemen van besluiten tot het wijzigen van dienstverleningsovereenkomsten die voortvloeien uit gemeenschappelijke regelingen binnen de directie.

  • 8.

    het verrichten van alle rechtshandelingen die betrekking hebben op de clusterbrede Risico Inventarisatie en Evaluatie. Dit geldt ook voor het hiermee samenhangend plan van aanpak.

De directeur van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten tot het wijzigen van dienstverleningsovereenkomsten die voortvloeien uit de Centrumregeling Bedrijfsvoering Leidse regio binnen de directie.

  • 2.

    het vaststellen van de lumpsum en de groeibijdrage risico-opslag voor de deelnemers van de Centrumregeling Bedrijfsvoering Leidse regio. Hieronder valt ook de communicatie hierover.

  • 3.

    het nemen van besluiten over het opnemen van geldleningen op de kapitaalmarkt met een looptijd van een jaar of langer.

  • 4.

    de uitvoering van de financieringsfunctie.

  • 5.

    het sluiten van overeenkomsten die het gevolg zijn van de uitvoering van de financieringsfunctie. Hieronder vallen leenovereenkomsten en overeenkomsten over het betalingsverkeer, als deze passen binnen de Uitvoeringsregels financiën college en de Financiële verordening.

  • 6.

    het verlenen van procuratie op de bankrekening(en) van de gemeente Leiden ter uitvoering van het betalingsverkeer.

  • 7.

    het verlenen van procuratie op de bankrekening(en) van de deelnemende gemeenten aan de Centrumregeling Bedrijfsvoering Leidse regio ter uitvoering van het betalingsverkeer

  • 8.

    het opnemen of uitzetten van middelen op de geldmarkt met een looptijd van minder dan een jaar.

  • 9.

    het opnemen van geldleningen op de kapitaalmarkt binnen de bepalingen van de Uitvoeringsregels financiën college.

  • 10.

    het vervroegd aflossen van leningen op de kapitaalmarkt.

  • 11.

    het doen van beleggingen op de kapitaalmarkt.

  • 12.

    het beheer van de portefeuille van langlopende leningen.

  • 13.

    het beheer van de beleggingsportefeuille.

De directeur van het cluster Beheer blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van overeenkomsten tot het tijdelijk in gebruik geven van gronden die bij de gemeente in beheer en eigendom zijn. Het gaat om gronden in de openbare ruimte.

  • 2.

    Het aanwijzen van de locaties voor ondergrondse afvalcontainers.

De directeur van Erfgoed Leiden en Omstreken blijft bevoegd tot:

  • 1.

    privaatrechtelijke verhuur van (archief)depots aan derden.

  • 2.

    het aanvaarden van schenkingen, legaten en erfstellingen in natura bestemd voor opname in collecties Erfgoed Leiden tot een bedrag van € 50.000,- . Dit geldt alleen als hier geen nadere voorwaarden aan zijn verbonden.

  • 3.

    het honoreren van bruikleenaanvragen van tijdelijke aard uit de collectie van Erfgoed Leiden en Omstreken, voor een object met een waarde van meer dan €100.000,-. Dit geldt alleen:

    • -

      als is voldaan aan de gebruikelijke voorwaarden van transport en verzekering;

    • -

      als sprake is van een medeparaaf van de portefeuillehouder cultuur.

  • 4.

    het doen van aankopen voor de collectie tot een aankoopprijs van €25.000,- per object. Hierbij is het geldend protocol van toepassing.

  • 5.

    het vaststellen van de toegangsprijs voor Molenmuseum De Valk. Hierbij geldt de instructie dat de directeur de portefeuillehouder cultuur tijdig vooraf informeert over de hoogte van de toegangsprijs.

De directeur van het Museum De Lakenhal blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanvaarden van schenkingen in natura bestemd voor opname in de collectie van Museum De Lakenhal. Hierbij geldt als voorwaarde dat voldoende herkomstonderzoek plaatsvindt.

  • 2.

    het aanvaarden van geldelijke schenkingen. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:

    • -

      er vindt voldoende herkomstonderzoek plaats;

    • -

      bij schenkingen boven € 1.000.000,- vindt afstemming plaats met de gemeentesecretaris.

  • 3.

    het doen van aankopen voor de museumcollectie. Hierbij geldende de volgende voorwaarden:

    • -

      het geldend protocol wordt gevolgd;

    • -

      de aankopen zijn in overeenstemming met de beschikbare middelen.

  • 4.

    het aangaan van een renteloze geldlening voor museum de Lakenhal;

  • 5.

    het aanvaarden van kwijtschelding in jaarlijkse termijnen van de betreffende lening in het kader van een door de fiscus geaccepteerde wijze van schenking. Hierbij geldt een maximumbedrag van €12.500,-.

  • 6.

    het honoreren van bruikleenaanvragen van tijdelijke aard uit de collectie van Museum De Lakenhal, voor een object met een waarde van meer dan € 1.000.000,- . Dit geldt alleen:

    • -

      als is voldaan aan de gebruikelijke voorwaarden van transport en verzekering;

    • -

      als sprake is van een medeparaaf van de portefeuillehouder cultuur.

  • 7.

    het afstoten van de collectie. Voorwaarde hierbij is dat de richtlijnen Leidraad Afstoting Museale Objecten van RCE en ICOM worden gevolgd.

  • 8.

    het vaststellen van de toegangsprijs voor Museum De Lakenhal. Hierbij geldt de instructie dat de directeur de portefeuillehouder cultuur tijdig vooraf informeert over de hoogte van de toegangsprijs.

2. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

Alle directeuren blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het besluiten tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst van afdelingsmanagers en overige besluiten over hun rechtspositie.

  • 2.

    het opzeggen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst met een medewerker.

  • 3.

    het nemen van besluiten over het re-integratietraject van een afdelingsmanager.

  • 4.

    het nemen van besluiten over verschuivingen of wijzigingen binnen de formatie die het afdelingsniveau overstijgen, als er geen sprake is van personele gevolgen.

  • 5.

    het besluiten over het (her)waarderen van een functie.

  • 6.

    het nemen van maatregelen in verband met een vermoeden van misstanden.

  • 7.

    het toepassen van sancties door kortingen op het salaris, de aanvullende Werkeloosheidswet en de na-wettelijke WW-uitkering. Dit kan alleen als de medewerker niet voldoet aan de inspanningsverplichtingen met betrekking tot re-integratie.

  • 8.

    het treffen van disciplinaire maatregelen tegen een medewerker wegens:

    • -

      het niet nakomen van verplichtingen;

    • -

      het niet voldoen aan voorschriften;

    • -

      het zich op andere wijze niet gedragen als goed werknemer.

  • 9.

    het richten van verzoeken tot ontslag aan de kantonrechter.

  • 10.

    het afkopen van de na-wettelijke uitkering.

  • 11.

    het geven van voorschriften voor het doen van de arbeid, inclusief die bedoeld zijn om de goede orde te bevorderen.

  • 12.

    het opleggen van een schorsing als ordemaatregel.

  • 13.

    het aanwijzen voor werkzaamheden bij buitengewone omstandigheden op grond van artikel 11.6 Cao Gemeenten.

  • 14.

    het vaststellen van de hoogte van het schadevergoedingsbedrag. Het gaat hierbij om de schade die een werknemer heeft veroorzaakt door een opzettelijke of bewust roekeloze onrechtmatige gedraging.

  • 15.

    het aansprakelijk stellen van de werknemer die schade heeft veroorzaakt door een opzettelijke of bewust roekeloze gedraging.

Bijlage 5

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, vierde lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden bij de afdelingsmanager blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

_______________________________________

1. BESTUURLIJK-JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN

1.1 Publiekrecht

Alle afdelingsmanagers blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten op een verzoek om rechtstreeks beroep in te stellen of het zelf verzoeken om rechtstreeks beroep.

  • 2.

    het instellen van bezwaar of (hoger) beroep en het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening, als deze bevoegdheid niet bij de directeur ligt.

  • 3.

    het nemen van besluiten op grond van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen.

  • 4.

    het nemen van besluiten op verzoeken op grond van de Wet open overheid.

  • 5.

    het nemen van verdagingsbesluiten.

  • 6.

    het nemen van besluiten over bestuursrechtelijke geldschulden.

  • 7.

    de afdoening van klachten als de klacht om een gedraging van een ambtenaar of van een team(onderdeel) gaat.

  • 8.

    het afleggen van verantwoording over de uitvoering van specifieke uitkeringen via de Single Information Single audit (SiSa).

  • 9.

    het opleggen van waarschuwingen op basis van de beleidsnota Aanpak agressie en geweld 2017 aan personen die geen medewerkers zijn van de gemeente Leiden. Het gaat hier om waarschuwingen vanwege agressie of geweld tegen een medewerker van de gemeente Leiden.

  • 10.

    het nemen van besluiten over het verlenen en vaststellen van subsidies.

  • 11.

    het aanvragen van subsidies bij externe instanties.

De afdelingsmanager van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering, afdeling Juridische Zaken blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanwijzen van secretarissen van de Regionale Commissie Bezwaarschriften.

De afdelingsmanager van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering, afdeling IV Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het besluiten op verzoeken over persoonsgegevens op basis van de AVG.

  • 2.

    het vaststellen van de Regeling gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijkheden.

  • 3.

    het sluiten van regionale verwerkersovereenkomsten of een andere rechtshandeling als bedoeld in artikel 28, derde lid, van de AVG.

De afdelingsmanager van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering, afdeling Bestuur en communicatie blijft bevoegd tot:

  • 1.

    alle handelingen en/of bevoegdheden die voortvloeien uit de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken.

  • 2.

    het doen van een inschrijving en het doorvoeren van wijzigingen in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.

De afdelingsmanager van het cluster Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van een besluit tot het geheel of gedeeltelijk terugvorderen, herzien of intrekken van:

    • -

      een ten onrechte genoten individuele jeugdhulpvoorziening;

    • -

      een ten onrechte genoten Persoonsgebonden budget Jeugdhulp.

De afdelingsmanager van het cluster Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Werk en Inkomen blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het indienen van een declaratie op grond van de Wet Declaratie Regeling financiering en verantwoording op grond van:

    • -

      de Wet Inkomensvoorziening Oudere Werklozen (IOAW);

    • -

      de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

    • -

      het Besluit Bijstand voor zelfstandigen (Bbz).

  • 2.

    het indienen van de SiSa jaarverantwoordingen Participatiewet bij het desbetreffende Ministerie en het indienen van overige declaraties.

De afdelingsmanager van het cluster Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Ondersteuning PMO blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanwijzen van Toezichthouders Rechtmatigheid WMO en Jeugd.

De afdelingsmanager van het cluster Publiekszaken, Handhaving en Veiligheid, afdeling Vergunningen blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van een besluit op een aanvraag voor een huisvestingsvergunning als bedoeld in de geldende Regionale Huisvestingsverordening Holland Rijnland. Het gaat hier alleen om particuliere verhuur van sociale woningen.

  • 2.

    het verrichten van alle handelingen voor het verlenen, wijzigen, weigeren of intrekken van (omgevings-)vergunningen, maatwerkvoorschriften, vrijstellingen en ontheffingen. In geval van omgevingsrechtelijke aangelegenheden mag daarbij worden afgeweken van beleid, richtlijnen en/of voorschriften.

  • 3.

    het van toepassing verklaren van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht bij een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit bedoeld in artikel 16.65, vierde lid, van de Omgevingswet.

  • 4.

    het verlenen van toestemming tot het treffen van een gelijkwaardige maatregel bedoeld in artikel 4.8, eerste lid, aanhef en onder c, van de Omgevingswet en in artikel 4.9, aanhef en onder c, van de Omgevingswet.

  • 5.

    het verlenen van instemming en/of het geven van advies bij:

    • -

      het verlenen, wijzigen of intrekken van een omgevingsvergunning voor een magneetactiviteit;

    • -

      het verlenen, wijzigen of intrekken van andere besluiten als bedoeld in artikel 5.8 van het Omgevingsbesluit;

    • -

      toepassing van de flexibiliteitsregeling als bedoeld in artikel 4.36 van het Omgevingsbesluit;

    • -

      een grondgebiedsoverstijgende aanvraag als bedoeld in artikel 4.19 van het Omgevingsbesluit.

  • 6.

    het besluiten dat instemming niet nodig is als bedoeld in artikel 4.37 van het Omgevingsbesluit.

  • 7.

    het geven van een beschikking als bedoeld in artikel 13.18, eerste lid van de Omgevingswet. Hierin staat de verschuldigde geldsom. Vaststelling daarvan gebeurt op grond van:

    • -

      de Omgevingswet;

    • -

      het omgevingsplan;

    • -

      de omgevingsvergunning, bedoeld in artikel 13.14, derde lid, onder a;

    • -

      het projectbesluit.

  • 8.

    het nemen van de beslissing op verzoeken om nadeelcompensatie. Dit geldt alleen als het verzoek om schadevergoeding betrekking heeft op omgevingsvergunningen of maatwerkvoorschriften.

  • 9.

    het heffen van binnenhavengeld om te voldoen aan een aangifte. Dit gebeurt ter uitvoering van de Verordening Binnenhavengeld Leiden.

De afdelingsmanager van het cluster Publiekszaken, Handhaving en Veiligheid, afdeling Ondersteuning PHV blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van alle besluiten inzake het aanwijzen van stemlocaties op grond van de Kieswet.

  • 2.

    het verrichten van alle handelingen ten aanzien van de uitvoerende taken van het gemeentelijk stembureau.

De afdelingsmanager van het cluster Publiekszaken Handhaving en Veiligheid, afdeling Vergunningen, afdeling Handhaving Openbare Ruimte en afdeling Bouwtoezicht, Juridische Handhaving en Veiligheid blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het opleggen van waarschuwingen op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening over terrasvergunningen, sluitingstijden en terrassen- en horeca inrichtingen.

  • 2.

    het opleggen van tijdelijke sluitingen op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening.

  • 3.

    het opeggen van aanlijn- en muilkorfgeboden op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening.

  • 4.

    het aanwijzen van toezichthouders.

  • 5.

    de afgifte en ondertekening van legitimatiebewijzen van toezichthouders.

  • 6.

    het nemen van besluiten met betrekking tot het toepassen, het weigeren of het beëindigen van handhaving. Hierbij hoort ook het voeren van incidenteel hoger beroep als het niet om handhavingszaken gaat die tegen de gemeente Leiden zijn gericht.

De afdelingsmanager van het cluster Publiekszaken Handhaving en Veiligheid, afdeling Handhaving Openbare Ruimte blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanstellen van toezichthouders en het bepalen van hun taken en bevoegdheden op grond van artikel 6:2, lid 2 APV en artikel 7.1.1.1 Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020. De toezichthouders houden toezicht op:

    • -

      de naleving van de artikelen 2:51 en 2:52 APV;

    • -

      de naleving van de artikelen 3.4.7.10 en 3.4.7.11 Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020.

  • 2.

    het nemen van de beslissing op bezwaar op bezwaarschriften tegen besluiten over het Fiets Fout=Fiets Weg beleid. Dit geldt alleen als deze beslissing in lijn is met het advies na ambtelijk horen.

De afdelingsmanager van het cluster Publiekszaken Handhaving en Veiligheid, afdeling Bouwtoezicht, Juridische handhaving en Veiligheid blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het opleggen van een toegangsverbod voor één of meer gemeentelijke gebouwen voor een periode van maximaal één jaar. Het gaat hier om een verbod voor personen die geen medewerker zijn van de gemeente Leiden.

  • 2.

    het uitvoeren van alle handelingen bij de toepassing van de Wet Bibob. Dit geldt niet als het gaat om de intrekking of de weigering van een beschikking of het verbinden van voorschriften aan een beschikking.

De afdelingsmanager van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Mobiliteit blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van ontwerp- en verkeersbesluiten over gemeentelijke wegen.

  • 2.

    het nemen van alle besluiten over verkeersvoorzieningen.

  • 3.

    het nemen van (ontwerp)verkeersbesluiten in het kader van de Scheepvaartverkeerswet.

De afdelingsmanager van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het deelnemen aan participatie bij andere overheden en voeren van vooroverleg met andere gemeenten bij de voorbereiding van besluitvorming op grond van de Omgevingswet.

  • 2.

    het indienen van een zienswijze bij de voorbereiding van besluitvorming op basis van de Omgevingswet door andere overheden.

  • 3.

    het besluiten over toepassing van de coördinatieregeling op een ruimtelijk initiatief zoals bedoeld in de geldende Coördinatieverordening van Leiden.

De afdelingsmanager van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Duurzame Leefomgeving blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten in het kader van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten.

De afdelingsmanager van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Mobiliteit blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het benoemen van de verkeersbrigadiers.

De afdelingsmanager van het cluster Beheer, afdeling Sportaccommodaties blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het uitvoeren van alle verplichtingen op grond van het keurmerk Veilig en Schoon voor zwembaden. Hieronder valt onder meer het vaststellen van plannen en werkinstructies en het aanvragen van vergunningen.

  • 2.

    het opleggen van een toegangsverbod voor één of meer gemeentelijke gebouwen voor een periode van maximaal één jaar. Dit verbod geldt alleen voor personen die geen medewerker zijn van de gemeente Leiden. Het verbod heeft als basis het protocol Vrolijk en Veilig.

De afdelingsmanagers DZB blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van alle beslissingen over arbeidsovereenkomsten met WSW-werknemers, met uitzondering van opzeggingen van dienstverbanden.

  • 2.

    het aanvragen van her-indicaties WSW-werknemers.

  • 3.

    het aangaan van overeenkomsten met reguliere werkgevers voor detachering of begeleid werken van de WSW’ers en met de werknemers van de Stichting DZW Participatiewerk.

  • 4.

    het aangaan van overeenkomsten met de Stichting DZB Participatiewet voor het inlenen van het personeel.

  • 5.

    het verstrekken van:

    • -

      loonkostensubsidies in het kader van de Participatiewet;

    • -

      subsidies aan werkgevers en begeleidingsorganisaties in het kader van begeleid werken.

  • 6.

    het aangaan van overeenkomsten voor werken, leveringen en diensten. Dit geldt zowel in de rol van opdrachtnemer als in de rol van opdrachtgever.

1.2 Privaatrecht

Alle afdelingsmanagers blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van overeenkomsten als het niet gaat om een publiek-private samenwerkingsconstructie, een convenant, een bestuursovereenkomst of een dienstverleningsovereenkomst.

  • 2.

    het inschakelen van juridische bijstand voor rechtsgedingen. Hierbij geldt de instructie dat in civielrechtelijke en arbeidsrechtelijke zaken altijd eerst de inhouse advocaat van de afdeling Juridische Zaken of een jurist van de afdeling HR en Organisatieontwikkeling wordt geraadpleegd.

  • 3.

    het sluiten van overeenkomsten met betrekking over werkzaamheden van civieltechnische aard en openbare verlichting. Hierbij geldt het drempelbedrag van Europese aanbesteding voor werken. Dit is in overeenstemming met Richtlijn 24/EU.

  • 4.

    het accorderen van facturen voor werkzaamheden van civieltechnische aard en openbare verlichting. Hierbij geldt het drempelbedrag van Europese aanbesteding voor werken. Dit is in overeenstemming met Richtlijn 24/EU.

  • 5.

    het sluiten van een overeenkomst ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening.

De afdelingsmanagers van het cluster Interne Dienstverlening en Advisering blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het sluiten van overeenkomsten voor extra-modulaire dienstverlening die voortvloeit uit de Centrumregeling bedrijfsvoering Leidse regio en de daarop gebaseerde dienstverleningsovereenkomst. Hierbij geldt de instructie dat voor overeenkomsten boven € 50.000 vooraf afstemming plaatsvindt met de directeur van het cluster.

De afdelingsmanager cluster Interne Dienstverlening en Advisering, afdeling Inkoop en Financiën blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het ondertekenen van de verklaring derdenbeslag.

  • 2.

    het doen van verklaring van de vorderingen en zaken die door beslag zijn getroffen.

  • 3.

    het doen van aangifte van Informatie Voor Derden (IV3), EMU saldo en van andere aangiftes.

  • 4.

    het verlenen van rekening-courantrekening ten behoeve van woonhuisrestauraties.

De afdelingsmanager van het cluster Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van overeenkomsten over de overdracht en levering van schoolgebouwen en -terreinen volgens de onderwijswetgeving.

De afdelingsmanager van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Grond- en Vastgoedbedrijf blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het met terugwerkende kracht nemen van alle besluiten ter uitvoering van de Erfpachtvoorwaarden 1975, 1978, 1982, 1990, 1992.

  • 2.

    het nemen van alle besluiten over de bijzondere verkoop- en erfpachtvoorwaarden.

  • 3.

    het nemen van alle besluiten over de vestiging voorkeursrecht en onteigening. Dit geldt niet voor het nemen van voorkeursrecht- en onteigeningbeschikkingen.

  • 4.

    het nemen van besluiten tot het aangaan van beheer- en verhuurovereenkomsten. Dit geldt ook voor het mede in gebruik geven van vastgoed dat in beheer is bij de afdeling Grond- en Vastgoedbedrijf.

  • 5.

    het aangaan van overeenkomsten tot het tijdelijk in gebruik geven van gronden en opstallen die bij de gemeente in eigendom zijn. Dit geldt alleen als deze bevoegdheid niet is gemandateerd aan het cluster beheer.

  • 6.

    het op ondergeschikte punten aanpassen en/of uitwerken van besluiten van het college tot het aangaan van overeenkomsten. Hierbij geldt de instructie dat vooraf afstemming met de portefeuillehouder plaatsheeft.

  • 7.

    het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot:

    • -

      de aan- en verkoop van stukjes grond met een maximale (verkoop)waarde van €300.000,-

    • -

      het vestigen van zakelijke rechten met een maximale waarde van €300.000,-

    • -

      (ver)huur met een maximale maandhuur van €25.000,-.

  • 8.

    het aangaan van een overeenkomst voor het verhalen van kosten bedoeld in artikel 13.13, eerste lid, van de Omgevingswet. Het gaat hier om overeenkomsten waarbij het totaal van de geraamde door de gemeente te maken kosten niet meer bedraagt dan € 300.000,-.

  • 9.

    het aangaan van schadevergoedingsovereenkomsten bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet . Het gaat hier om verhaal van nadeelcompensatie.

  • 10.

    Het aangaan van een overeenkomst voor een financiële bijdrage gebiedsontwikkeling bedoeld in artikel 13.22 Omgevingswet.

  • 11.

    Het aangaan van een overeenkomst voor een financiële bijdrage kwaliteitsverbetering als bedoeld in artikel 13.23 Omgevingswet.

  • 12.

    het geven van een beschikking als bedoeld in artikel 13.18, eerste lid van de Omgevingswet. Hierbij wordt de verschuldigde geldsom vastgesteld op grond van het bepaalde in de Omgevingswet, het omgevingsplan, de omgevingsvergunning, bedoeld in artikel 13.14, derde lid, onder a, of het projectbesluit.

  • 13.

    het aangaan van intentieovereenkomsten voor locatie- en gebiedsontwikkeling. Hiervoor is goedkeuring van de wethouder vereist.

  • 14.

    het aangaan van een grondreservering. Hierbij geldt dat het college het besluit tot verkoop neemt.

De afdelingsmanager cluster Beheer, afdeling Sportaccommodaties blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van huurovereenkomsten voor sportaccommodaties en sportattributen.

  • 2.

    het aangaan van overeenkomsten tot het tijdelijk in gebruik geven van gronden en sportaccommodaties die eigendom zijn van de gemeente.

  • 3.

    het verrichten van alle rechtshandelingen die voortvloeien uit het keurmerk Veilig en Schoon voor zwembaden.

De afdelingsmanager cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van schadevergoedingsovereenkomsten bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet. Het gaat hier om verhaal van nadeelcompensatie.

  • 2.

    het aangaan van een overeenkomst als bedoeld in artikel 13.13, eerste lid, van de Omgevingswet. Het gaat hierbij om het verhalen van kosten voor het vaststellen van een omgevingsplan of het verlenen van een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, inclusief het daarvoor benodigde onderzoek. Het gaat hier om overeenkomsten waarbij het totaal van de geraamde door de gemeente te maken kosten niet meer bedraagt dan € 300.000,-.

  • 3.

    het geven van een beschikking als bedoeld in artikel 13.18, eerste lid, van de Omgevingswet. Hierbij wordt de verschuldigde geldsom vastgesteld op grond van het bepaalde in de Omgevingswet, het omgevingsplan, de omgevingsvergunning, bedoeld in artikel 13.14, derde lid, onder a, of het projectbesluit.

De afdelingsmanagers cluster Publiekszaken Handhaving en Veiligheid blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het verlenen van rekening-courantrekening ten behoeve van woonhuisrestauraties tot een limiet van 85% van in het vooruitzicht gestelde subsidie.

De afdelingsmanager cluster Publiekszaken Handhaving en Veiligheid, afdeling Vergunningen blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aangaan van een overeenkomst voor het verhalen van kosten bedoeld in artikel 13.13, eerste lid van de Omgevingswet. Het gaat hier om overeenkomsten waarbij het totaal van de geraamde door de gemeente te maken kosten niet meer bedraagt dan € 300.000,-.

  • 2.

    het aangaan van schadevergoedingsovereenkomsten bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet. Het gaat hier om verhaal van nadeelcompensatie.

2. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

Alle afdelingsmanagers blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het besluiten tot het aangaan en wijzigen van de arbeidsovereenkomst, het opzeggen tijdens de proeftijd en overige besluiten over de rechtspositie van medewerkers.

  • 2.

    het vaststellen van een beoordeling.

  • 3.

    het opstellen en bijstellen van een plan van aanpak. Dit gebeurt samen met de arbeidsongeschikte medewerker.

  • 4.

    het nemen van besluiten over het vergoeden van kosten van geneeskundige behandeling of verzorging als gevolg van arbeidsongeschiktheid in en door de verrichte arbeid.

  • 5.

    het nemen van besluiten over het re-integratietraject van een werknemer.

  • 6.

    het doen van onderzoek, het nemen van beslissingen en het vaststellen van het contract in het kader van het Van werk-naar-werktraject. Hieronder valt ook het nemen van besluiten over verlenging of beëindiging daarvan.

  • 7.

    het nemen van besluiten over begeleiding en ondersteuning van medewerkers ter verbetering van inzetbaarheid en mobiliteit.

  • 8.

    het nemen van een besluit tot het volgen van een opleiding of activiteit voor de persoonlijke ontwikkeling. Hieronder valt ook het verstrekken van faciliteiten en het stellen van daaraan verbonden voorwaarden.

  • 9.

    het aanwijzen van een loopbaan- of coaching deskundige.

  • 10.

    het nemen van beslissingen voor individuele werknemers over alle soorten verlof, werktijden en de planning van werkzaamheden.

  • 11.

    het geven van voorschriften:

    • -

      over het verrichten van de arbeid;

    • -

      die bedoeld zijn om de goede orde te bevorderen;

    • -

      over het dragen van een uniform of dienstkleding;

    • -

      over andere kledingvoorschriften.

  • 12.

    het verbieden en of onder voorwaarden toelaten van het verrichten van nevenwerkzaamheden.

  • 13.

    het nemen van besluiten over verschuivingen of wijzigingen binnen de formatie die het afdelingsniveau niet overstijgen als er geen sprake is van personele gevolgen.

De afdelingsmanagers van het cluster Beheer, het cluster Interne Dienstverlening en Advisering en het Projectbureau blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het aanwijzen van een installatieverantwoordelijke zoals bedoeld in artikel 3.5 lid 3 Arbeidsomstandighedenbesluit.

Bijlage 6

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, vijfde lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden bij de teammanager blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

_______________________________________

1. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

Alle teammanagers blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het aanbieden van stageovereenkomsten, werkervaringsplaatsen en een takenpakket op maat. Hieronder valt ook het vaststellen van de vergoedingen daarvoor.

  • 2.

    het aanpassen van de arbeidsplaats, werkmethoden, arbeidsmiddelen en de arbeidsinhoud, voor de werknemer die in verband met ziekte verhinderd is de bedongen arbeid te verrichten.

  • 3.

    opdracht geven aan de Arbodienst om een werknemer aan een geneeskundig onderzoek te onderwerpen.

  • 4.

    het verlenen van vrijstelling van werkzaamheden op basis van een advies van de Arbodienst.

  • 5.

    het nemen van beslissingen over vakantie.

  • 6.

    het aanzeggen van het einde van het dienstverband wanneer de tijd is verstreken of bij wet aangegeven.

  • 7.

    het beëindigen van de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek van de medewerker, of wegens het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd door de werknemer.

  • 8.

    het vergoeden van schade aan de aan een ambtenaar toebehorende kleding en uitrusting.

  • 9.

    het verlenen van toestemming voor het gebruik van motorrijtuigen.

Bijlage 7

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, zesde lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden bij de teamcoördinator blijven liggen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

_______________________________________

1. BESTUURLIJK-JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN

  • 2.

    Privaatrecht

De teamcoördinator van het cluster Stedelijke Ontwikkeling, afdeling Grond- en Vastgoedbedrijf blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van het besluit tot opdrachtverlening aan aannemers voor vastgoed dat in beheer is bij afdeling Grond- en Vastgoedbedrijf. Hierbij geldt de instructie dat een begrotingspost dan wel Rijksfinanciering hierin voorziet en dit past binnen het gemeentelijke aanbestedingsbeleid vanaf 1 juli 2015.

  • 2.

    Het accorderen van (tussentijdse) opleveringen voor vastgoed dat in beheer is bij afdeling Grond- en Vatgoedbedrijf. Hierbij geldt de instructie dat een begrotingspost dan wel Rijksfinanciering hierin voorziet en dit past binnen het gemeentelijke aanbestedingsbeleid vanaf 1 juli 2015.

2. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN

Alle teamcoördinatoren blijven bevoegd tot:

  • 1.

    het bepalen wanneer de werknemer weer mag werken in geval hij in contact is geweest met iemand met een besmettelijke ziekte. Voorwaarde hierbij is dat de bedrijfsarts een positief advies heeft gegeven.

Bijlage 8

Bevoegdheden die op grond van artikel 4, zevende lid van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden blijven liggen bij bepaalde specifieke functionarissen.

Behorende bij besluit Nr. 23.0585

_______________________________________

De gemeentearchivaris van Leiden blijft bevoegd tot:

  • 1.

    alle uit de Archiefwet voortvloeiende bevoegdheden van de gemeentearchivaris;

  • 2.

    alle uit de Archiefwet voortvloeiende bevoegdheden van de zorgdrager (het college van burgemeester en wethouders) die geen betrekking hebben op het benoemen van de gemeentearchivaris en het beschikbaar stellen van middelen.

De molenbeheerder van Molenmuseum de Valk blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het aanvaarden van schenkingen in natura bestemd voor opname in de collecties van Molenmuseum De Valk tot een bedrag van €50.000,-. Dit geldt alleen als aan de schenking geen nadere voorwaarden zijn verbonden.

Het hoofd Programma en Collecties van Museum De Lakenhal blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het honoreren van bruikleenaanvragen van tijdelijke aard uit de museumcollectie tot een bedrag van € 1.000.000,-, Dit geldt alleen onder de volgende voorwaarden:

    • -

      er wordt voldaan aan de gebruikelijke voorwaarden van transport en verzekering;

    • -

      er is sprake van een medeparaaf van de wethouder cultuur.

De ambtelijk opdrachtnemer blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het geven en ondertekenen van opdrachten aan derden voor diensten, leveringen en/of werkzaamheden. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:

    • -

      het is toegestaan op grond van door de raad geautoriseerde kredieten en grondexploitaties;

    • -

      het is ter uitvoering van een project waar de ambtelijk opdrachtnemer verantwoordelijk voor is.

  • 2.

    het gunnen van opdrachten door middel van een bestek.

  • 3.

    het ondertekenen van correspondentie in brede zin.

  • 4.

    het aanvragen van subsidies bij externe instanties ter uitvoering van het project.

De ambtelijk opdrachtgever blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het nemen van besluiten tot het aangaan van civiele procedures over vorderingen met een financieel belang tot een bedrag van € 50.000,-.

  • 2.

    het nemen van het besluit tot het voeren van verweer in civiele en strafrechtelijke procedures. Dit geldt ook voor het opstellen van het procesbesluit en het verstrekken van de daarbij horende machtiging. Voor deze bevoegdheid geldt de instructie dat de ambtelijk opdrachtgever de portefeuillehouder vooraf informeert.

  • 3.

    het treffen van een schikking, als hiervoor financiële middelen op de geldende begroting beschikbaar zijn.

  • 4.

    het ondertekenen van correspondentie in brede zin.

De controller van DZB blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het doen van aangifte bij de Belastingdienst op grond van de Wet omzetbelasting (BTW).

  • 2.

    het verantwoorden van ontvangen subsidies aan externe instanties.

De privacy officer blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het bijhouden van het register van verwerkingsactiviteiten met persoonsgegevens.

  • 2.

    het melden van een inbreuk in verband met persoonsgegevens (datalekken) aan de autoriteit persoonsgegevens.

  • 3.

    het vaststellen van de gegevensbeschermingseffectbeoordeling. Hierbij geldt als instructie dat afstemming plaatsvindt met de functionaris gegevensbescherming.

De conservator blijft bevoegd tot:

  • 1.

    het honoreren van bruikleenaanvragen van tijdelijke aard uit de archeologische of bouwhistorische collectie van Erfgoed Leiden en Omstreken tot een bedrag van € 100.000,-, Hierbij geldt als voorwaarde dat voldaan wordt aan de gebruikelijke voorwaarden van transport en verzekering.

Bijlage 9

Overzicht verleende en ontvangen mandaten externe bestuursorganen gemeente Leiden 2024

Behorend bij Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024

 

Wettelijke grondslag

Bevoegdheid

Door

1ste functionaris

2de functionaris

3de functionaris

4de functionaris

Voorwaarden en bijzonderheden

1

 

Hoofdstuk 1 Holland Rijnland / Holland Rijnland gemeenten

 
 
 
 
 
 

1.1

Huisvestingsverordening Holland Rijnland

Toezicht op en handhaving de naleving als bedoeld in artikel 34 van de Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2019

Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland

College

Directeur cluster PMO

 
 
 

1.2

Huisvestings-

Verordening

Holland Rijnland

Het beslissen omtrent, waaronder verlenen, intrekken en weigeren van, huisvestingsvergunningen als bedoeld in artikel 8 en 9 van de Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2019

Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland

College

Directeur cluster PMO

 
 
 

1.3

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het besluiten op aanvragen die in het kader van de specialistische Maatschappelijke Zorg (beschermd wonen en maatschappelijke opvang) aan het Regionaal Team Maatschappelijke Zorg ter consultatie dan wel advies worden voorgelegd te beslissen op grond van

hoofdstuk 2, paragraaf 3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, en de vigerende Verordening en beleidsregels maatschappelijke ondersteuning van de gemeente Leiden voor zover deze betrekking hebben op beschermd wonen en maatschappelijke opvang.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

1.4

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het privaat-, straf- en bestuursrechtelijk procederen over de (niet) genomen besluiten omtrent de regionale Maatschappelijke Zorg.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

1.5

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het verwerken en archiveren van de voor de uitoefening van de onder 1.3 en 1.4 opgenomen mandaten noodzakelijke (persoons)gegevens en om de reeds opgebouwde archieven te laten beheren tot en met de uiteindelijke vernietiging (of overbrenging) van de archiefbescheiden.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

1.6

 

Het aanvragen van middelen, het beheren van deze middelen, het uitgeven van deze middelen en het daarover verantwoording afleggen aan de subsidieverstrekker.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager cluster Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling

 

Hierbij gelden de volgende instructies:

  • 1.

    Dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden van zijn volmacht en machtiging geen gebruik maken als de mandaatgever de bevoegdheid zelf wil uitoefenen;

  • 2.

    Dat (een vertegenwoordiger van) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden minimaal één keer per zes maanden overleg met (een vertegenwoordiger van) de mandaatgever heeft over de uitvoering van volmacht en machtiging.

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging.

1.7

 

Het opstellen van het regiobeeld.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager cluster Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling

 

Hierbij gelden de volgende instructies:

  • 1.

    Dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden van zijn volmacht en machtiging geen gebruik maken als de mandaatgever de bevoegdheid zelf wil uitoefenen;

  • 2.

    Dat (een vertegenwoordiger van) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden minimaal één keer per zes maanden overleg met (een vertegenwoordiger van) de mandaatgever heeft over de uitvoering van volmacht en machtiging.

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging.

1.8

 

Het opstellen van het regioplan op basis van het regiobeeld.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager cluster Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling

 

Hierbij gelden de volgende instructies:

  • 1.

    Dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden van zijn volmacht en machtiging geen gebruik maken als de mandaatgever de bevoegdheid zelf wil uitoefenen;

  • 2.

    Dat (een vertegenwoordiger van) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden minimaal één keer per zes maanden overleg met (een vertegenwoordiger van) de mandaatgever heeft over de uitvoering van volmacht en machtiging.

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging.

1.9

 

Het maken van afspraken en het sluiten van overeenkomsten binnen de governance van de regionale samenwerking IZA

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager cluster Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling

 

Hierbij gelden de volgende instructies:

  • 1.

    Dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden van zijn volmacht en machtiging geen gebruik maken als de mandaatgever de bevoegdheid zelf wil uitoefenen;

  • 2.

    Dat (een vertegenwoordiger van) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden minimaal één keer per zes maanden overleg met (een vertegenwoordiger van) de mandaatgever heeft over de uitvoering van volmacht en machtiging.

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging.

1.10

 

Het zijn van aanspreekpunt voor zorgaanbieders, zorgverzekeraars en zorgkantoren voor zover betreft het maken van afspraken en overeenkomsten alsmede de afspraken die voortvloeien uit de werkagenda en het regioplan.

Dagelijks Bestuur van alle Holland Rijnland gemeenten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager cluster Beleid Maatschappelijke Ontwikkeling

 

Hierbij gelden de volgende instructies:

  • 1.

    Dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden van zijn volmacht en machtiging geen gebruik maken als de mandaatgever de bevoegdheid zelf wil uitoefenen;

  • 2.

    Dat (een vertegenwoordiger van) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden minimaal één keer per zes maanden overleg met (een vertegenwoordiger van) de mandaatgever heeft over de uitvoering van volmacht en machtiging.

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging.

 
 

Hoofdstuk 2 Omgevingsdienst West-Holland (ODWH

 
 
 
 
 
 

2.1

Omgevingswet

Het uitvoeren van de taken en bevoegdheden die krachtens de Omgevingswet, een algemene maatregel van bestuur behorende bij de Omgevingswet, een ministeriële regeling behorende bij de Omgevingswet en/of het omgevingsplan met betrekking tot het milieu (waaronder mede wordt verstaan: de milieubelastende activiteit, geluid en de bescherming van de bodem en de ondergrond) zijn toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders, met uitzondering van:

  • -

    De bevoegdheid tot het besluiten op meervoudige aanvragen om een omgevingsvergunning;

  • -

    De bevoegdheid tot het besluiten op een aanvraag om een omgevingsplanactiviteitvergunning waarbij wordt afgeweken van het omgevingsplan;

De taken en bevoegdheden die krachtens titel 10.4 van de Wet milieubeheer in het omgevingsplan zijn gesteld..

College

Directeur Omgevingsdienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Hieronder wordt mede verstaan het uitvoeren van taken en bevoegdheden met betrekking tot toezicht en handhaving. Dit betreft ook de bevoegdheid tot het aanwijzen van toezichthouders als bedoeld in artikel 18.6 van de Omgevingswet.

In het huidige mandaatbesluit is een aantal taken en bevoegdheden die krachtens de Wet bodembescherming zijn toebedeeld aan gedeputeerde staten én aan “bevoegdgezaggemeenten”, waaronder de gemeente Leiden, gemandateerd aan de aan de Omgevingsdienst (zie onderdeel 2.4 tot en met 2.23 van het huidige mandaatbesluit).

Daarnaast is in het huidige mandaatbesluit mandaat aan de Omgevingsdienst verleend voor het uitvoeren van de bij of krachtens de Wet bodembescherming toebedeelde gemeentelijke taken en bevoegdheden. Zie hiervoor het onderdeel 2.3 van het huidige mandaat.

In het conceptmandaat Omgevingswet zijn deze beide mandaten samengevoegd in het brede mandaat voor het aspect milieu in onderdeel 2.1.

In dit onderdeel is een niet-limitatieve lijst opgenomen van onderwerpen die hieronder kunnen vallen, zoals de milieubelastende activiteit, geluid, maar ook de bescherming van de bodem en de ondergrond. Aangezien deze milieuregels zijn verdeeld over (onder meer) de Ow, het Besluit activiteiten leefomgeving en het omgevingsplan, is expliciet opgenomen dat het ook gaat om de taken en bevoegdheden die krachtens de Ow, een algemene maatregel van bestuur behorende bij de Ow, een ministeriële regeling behorende bij de Ow en/of het omgevingsplan zijn toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders.

2.2.

Wet milieubeheer

Het uitvoeren van de taken en bevoegdheden die bij of krachtens de Wet milieubeheer zijn toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders, met uitzondering van titel 10.4

College

Directeur Omgevingsdienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Hieronder wordt mede verstaan het uitvoeren van taken en bevoegdheden met betrekking tot toezicht en handhaving.

2.3

Wet milieubeheer

Het uitvoeren van de taken en bevoegdheden die vóór 1 januari 2024 krachtens de Wet milieubeheer waren toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders, indien en voor zover het overgangsrecht van toepassing is krachtens de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet en/of het Invoeringsbesluit Omgevingswet.

College

Directeur Omgevingsdienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Hieronder wordt mede verstaan het uitvoeren van taken en bevoegdheden met betrekking tot toezicht en handhaving.

2.4

Wet Geluidhinder

Het uitvoeren van de taken en bevoegdheden die vóór 1 januari 2024 krachtens de Wet geluidhinder waren toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders, indien en voor zover het overgangsrecht van toepassing is krachtens de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet en/of het Invoeringsbesluit Omgevingswet, met inbegrip van het sluiten van overeenkomsten met woningeigenaren ten behoeve van geluidsaneringstrajecten.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Hieronder wordt mede verstaan het uitvoeren van taken en bevoegdheden met betrekking tot toezicht en handhaving.

2.5

Wet bodembescherming

Het uitvoeren van de taken en bevoegdheden die vóór 1 januari 2024 krachtens de Wet bodembescherming waren toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders, indien en voor zover het overgangsrecht van toepassing is krachtens de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet en/of het Invoeringsbesluit Omgevingswet.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Hieronder wordt mede verstaan het uitvoeren van taken en bevoegdheden met betrekking tot toezicht en handhaving.

2.7

Omgevingswet

Het uitvoeren van de toezicht- en handhavingstaken en toezicht- en handhavingsbevoegdheden die krachtens de Omgevingswet, een algemene maatregel van bestuur behorende bij de Omgevingswet, een ministeriële regeling behorende bij de Omgevingswet en/of het omgevingsplan met betrekking tot asbest en/of sloopmeldingen zijn toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Onder ‘sloopmelding’ wordt mede verstaan de melding voor het mobiel breken van bouw- en sloopafval.

2.8

Omgevingswet

Het uitvoeren van de toezicht- en handhavingstaken en toezicht- en handhavingsbevoegdheden die krachtens de Omgevingswet, een algemene maatregel van bestuur behorende bij de Omgevingswet, een ministeriële regeling behorende bij de Omgevingswet en/of het omgevingsplan met betrekking tot de labelverplichting voor kantoorgebouwen zijn toebedeeld aan het college van burgemeester en wethouders.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.9

Besluit bouwwerken leefomgeving

De bevoegdheid om, ingevolge artikel 7.5 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, maatwerkvoorschriften te stellen over artikel 7.18 van het Besluit bouwwerken leefomgeving.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

Op grond van artikel 7.38 van het Besluit bouwwerken leefomgeving geldt dit ook voor het mobiel breken van bouw- en sloopafval.

2.10

Woningwet

Het uitvoeren van de toezichttaken en toezichtbevoegdheden in relatie tot de Woningwet, voor zover het taken en bevoegdheden met betrekking tot asbest betreft en die vóór 1 januari 2023 waren toebedeel aan het college van burgemeester en wethouders, indien en voor zover het overgangsrecht van toepassing is krachtens de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet en/of het Invoeringsbesluit Omgevingswet.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.11

Bouwbesluit 2012

Het uitvoeren van toezichttaken en bevoegdheden in relatie tot het Bouwbesluit 2012, voor zover het taken en bevoegdheden met betrekking tot asbest en/of sloopmeldingen betreft en die vóór 1 januari 2023 waren toebedeel aan het college van burgemeester en wethouders, indien en voor zover het overgangsrecht van toepassing is krachtens de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet en/of het Invoeringsbesluit Omgevingswet.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.12

APV en Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020

Het uitoefenen van toezicht en handhaving van de geluidsnormen, zoals opgenomen in een evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening en in een ontheffing als bedoeld in artikel 3.3.1.4, tweede lid, van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020, alsmede de geluidsnormen op grond van de artikelen 3.3.1.1 en 3.3.1.2 van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020.

Burgemeester dan wel College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.13

APV en Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020

Het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 3.3.1.4, tweede lid, van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Leiden 2020, voor zover het werkzaamheden betreft, uitgevoerd op maandag tot en met vrijdag tussen 19.00 uur en 07.00 uur en/of in het weekend van vrijdag 19.00 uur tot maandag 07.00 uur, met uitzondering van het op- dan wel afbouwen krachtens een evenementenvergunning zoals bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.14

Verordening bodemsanering

De uitvoering van de Verordening bodemsanering gemeente Leiden.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.15

Verordening duurzaamheidslening

De uitvoering van de Verordening duurzaamheidslening, met uitzondering van het toepassen van de hardheidsclausule.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.16

Duurzaamheidsfonds Leiden voor ondernemers en maatschappelijke organisaties

De uitvoering van het Duurzaamheidsfonds Leiden voor ondernemers en maatschappelijke organisaties.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.17

Verordening Duurzaamheidsvoucher Leiden 2020

De uitvoering van de Verordening Duurzaamheidsvoucher Leiden.

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

2.18

Gemeentewet,

Algemene wet bestuursrecht,

Wet Bibob

Het in relatie met de onder 2.1 tot en met 2.33 genoemde wetgeving en verordeningen uitvoeren van taken en bevoegdheden bij of krachtens de navolgende wetten, waaronder begrepen het voeren van bestuursrechtelijke procedures en het ter zitting vertegenwoordigen van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester:

  • Gemeentewet;

  • Algemene wet bestuursrecht;

  • Wet open overheid

  • Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

College

Directeur Omgevings-dienst West-Holland

 
 

Door directeur Omgevings-dienst aangewezen ambtenaren

 

3

 

Hoofdstuk 3 Politie Regionale Eenheid Den Haag district Leiden

 
 
 
 
 
 

3.1

Artikel 2:78 Algemene Plaatselijke Verordening

Het opleggen van gebiedsontzeggingen met een duur van maximaal drie weken

Burgemeester

Districtschef Leiden

Door de Districtschef aangewezen Hulpofficieren van Justitie en aan de opsporingsambtenaren.van de politie

 
 

Met inachtneming van de Algemene beleidsregel gebiedsontzeggingen 2023

3.2

 

Het zorgdragen voor een goede uitvoering van de Algemene beleidsregel gebiedsontzeggingen 2023 alsmede het gegevensbeheer daaromtrent

Burgemeester

Districtschef Leiden

Door de Districtschef aangewezen Hulpofficieren van Justitie en aan de opsporingsambtenaren van de politie

 
 
 

4

 

Hoofdstuk 4 Gemeentelijke Gezondheids Dienst Hollands Midden (GGD Hollands Midden)

 
 
 
 
 
 

4.1

Artikel 14 van de Wet publieke gezondheid, jucto artikel 4 van de Wet op de lijkbezorging de benoeming gemeentelijke lijkschouwers

De benoeming van gemeentelijke lijkschouwers

College

De directeur publieke gezondheid van de GGD

Door de directeur aangewezen medewerkers

 
 

De directeur ziet toe op de inschrijvingen in het register (zoals vermeld in artikel 5 van de Wet op de lijkbezorging) van forensisch geneeskundigen van de te benoemen gemeentelijk lijkschouwer(s). De artsen die in aanmerking komen om forensisch werk te gaan verrichten overleggen een verklaring omtrent gedrag. De directeur houdt een actuele lijst bij van gemeentelijke lijkschouwers. Een besluit tot benoeming als hierboven vermeld wordt als volgt ondertekend: Burgemeester en Wethouders van Oegstgeest, namens dezen, naam: handtekening van de gemandateerde:

4.2

Artikelen 1.65, derde lid en 2.13, derde lid Wet op de Kinderopvang.

Een schriftelijk bevel geven aan een kindercentrum, gastouderbureau of voorziening voor gastouderopvang als bedoeld in de artikelen 1.65, derde lid en 2.13, derde lid Wet op de Kinderopvang.

College

De directeur publieke gezondheid van de GGD

door de directeur aangewezen medewerkers

 
 

Het bevel heeft een maximale duur van 7 dagen. Verlening van het bevel is een bevoegdheid van het College.

5

 

Hoofdstuk 5 Jeugdteam Leidse Regio

 
 
 
 
 
 

5.1

Artikel 2.3 Jeugdwet

Oordeel over treffen jeugdhulp voorzieningen voor jeugdige of een ouder.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Alle bevoegdheden die zijn verleend aan Stichting Jeugdteams Leidse Regio, omvatten de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

5.2

Artikel 2.4 Jeugdwet

Verzoek tot onderzoek bij de raad voor de kinderbescherming over maatregel met betrekking tot gezag over minderjarige.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.3

Artikel 2.7 lid 1 Jeugdwet

Bij treffen individuele voorziening zo nodig overleg voeren met bevoegd gezag van een school.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.4

Artikel 3.1 Jeugdwet

Aanwijzing door het college van een jeugdhulpaanbieder die verzoek tot onderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming kan doen.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Mandaat is onderdeel van de afspraken met de Raad voor de Kinderbescherming

5.5

Artikel 6.1.2 lid 5 Jeugdwet

Het afgeven van een besluit dat een voorziening op het gebied van jeugdhulp en verblijf niet zijnde verblijf bij een pleegouder nodig is.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.6

Artikel 6.1.8 lid 1 Jeugdwet

Indienen verzoek tot verkrijgen van een machtiging van de kinderrechter om een jeugdige die woonplaats in de gemeente heeft in een gesloten accommodatie te doen opnemen en te doen verblijven.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Dit mandaat omvat tevens de bevoegdheid tot het vertegenwoordigen van het college bij de kinderrechter

5.7

Artikel 6.1.12 lid 6 Jeugdwet

Mededeling vervallen machtiging, besluit geen nieuwe machtiging aan te vragen aan de raad voor de kinderbescherming.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Zie ook Samenwerkingsprotocol gemeenten en Raad voor de Kinderbescherming

5.8

Artikel 8.1.1 lid 1 Jeugdwet

Verstrekken of weigeren persoonsgebonden budget op wens van jeugdige of ouders.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Zie dienaangaande ook de mandaten Verordening en Nadere Regels Jeugdhulp 2021 hieronder

5.9

Artikel 8.1.4 Jeugdwet

Herzien of intrekken persoonsgebonden budget.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

Zie dienaangaande ook de mandaten uit de Verordening en Nadere Regels Jeugdhulp 2021 hieronder

5.10

Artikel 12 Verordening Jeugdhulp 2022

Beschikking individuele jeugdhulpvoorziening.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.11

Artikel 13 en 14 Verordening Jeugdhulp 2022

Individuele jeugdhulpvoorziening via persoonsgebonden budget (pgb).

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.12

Artikel 15 Verordening Jeugdhulp 2022

Inzet van jeugdhulp na een verwijzing van de jeugdige en/of de ouders, door de huisarts, medisch specialist en jeugdarts naar een jeugdhulpaanbieder.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.13

Artikel 17 Verordening Jeugdhulp 2022

Jeugdhulp in crisisgeval.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 

In uitzonderlijke situaties waarbij de veiligheid van de jeugdige in het geding is, kan de vakinhoudelijk medewerker van Veilig Thuis de jeugdhulp inzetten. Stichting Jeugdteams Leidse regio wordt daarover onmiddellijk geïnformeerd.

5.14

Artikel 18, lid 2 Verordening Jeugdhulp 2022

Een beslissing aangaande een individuele jeugdhulpvoorziening herzien dan wel intrekken.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.15

Artikel 18, lid 3 Verordening Jeugdhulp 2022

Geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten individuele jeugdhulpvoorziening of het ten onrechte genoten

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.16

Artikel 18, lid 4 Verordening Jeugdhulp 2022

Intrekken van een pgb.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 

5.17

Artikel 2.1 t/m 2.9, artikel 3.1 t/m 3.6 Nadere Regels Jeugdhulp 2022

Verlenen van toegang tot jeugdhulp via ZIN en/of PGB.

College Leiden

Directeur Jeugdteams Leidse Regio

 
 
 
 
 
 

Hoofdstuk 6 Serviceorganisatie Zorg Holland Rijnland

 
 
 
 
 
 

6.1

 

Het aangaan van overeenkomsten met aanbieders van (onderdelen van) jeugdhulp, inclusief het toekennen van budgetplafonds aan aanbieders.

Hieronder begrepen de aanbesteding inclusief het afhandelen van eventuele aanbestedingsgeschillen en geschillen rondom de gunning.

Eveneens hieronder begrepen het sluiten van de contracten namens de Gemeente en het monitoren op de naleving van de contracten inclusief het afleggen van rekening en verantwoording door de aanbieders en zo nodig handhaven van een correcte naleving van de contracten.

College voor zover het betreft het besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandeling-

en van de gemeente, in dit geval het aangaan van overeenkomsten (artikel 160, eerste lid, onder d, Gemeentewet).

Burgemeester voor zover het betreft de vertegenwoordiging buiten rechte, in dit geval het ondertekenen van overeenkomsten (artikel 171, eerste lid, van de Gemeentewet)

Secretaris-directeur

 
 
 

Deze bevoegdheid wordt uitgeoefend met inachtneming van daartoe door de Gemeente vastgestelde inkoopstrategie en de beleidskaders

6.2

 

Het optreden als budgethouder, het accorderen van facturen en verantwoordingen op basis van toetsing aan de gesloten overeenkomsten met de aanbieders en zodanig dat de Gemeente daarmee aan de voor hen geldende verantwoordingsvereisten kunnen voldoen.

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.3

 

Het monitoren van budgetten (van aanbieders en van segmenten) en bij (dreigende) onder- of overschrijdingen komen tot herschikking van budgetten of cliëntenstops

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.4

 

Het vaststellen van tarieven inzake jeugdhulp

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.5

 

Het archiveren op basis van de Archiefwet van alle relevante (contract)stukken inzake de in mandaatbesluit uitgeoefende bevoegdheden.

College

  • 1.

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.6

 

Het voeren van juridische procedures, zoals het voeren van rechtsgedingen en het afhandelen van aansprakelijkstellingen en het afdwingen van naleving van gesloten overeenkomsten.

College (voor zover het betreft het besluiten namens de gemeente, het college of de raad rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten)

Burgemeester (voor zover het betreft de vertegenwoordiging in en buiten rechte)

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.7

 

Het verzorgen van de digitale uitwisseling van iJw-berichten met aanbieders conform de landelijke i-standaarden.

Hiervoor gebruik maken van een koppeling met de Basisregistratie Personen van de Gemeente.

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.8

 

Het afhandelen van geautomatiseerd berichtenverkeer inzake jeugdhulp, inclusief het toewijzen van zorg.

Daarbij het verrichten van de toetsing op woonplaats(historie) van jeugdigen en hun ouders/verzorgers in de Basisregistratie Personen van de Gemeente.

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

6.9

 

Het verwerken van persoonsgegevens van inwoners uit de deelnemende gemeenten voor zover noodzakelijk voor de uitoefening van alle taken van de Serviceorganisatie Zorg

College

Secretaris-directeur

 
 
 
 

7

 

Hoofdstuk 7 Doelgroepenvervoer Forseti

 
 
 
 
 
 

7.1

 

Het beslissen op aanvragen voor bekostiging van het leerlingenvervoer op grond van de vigerende Verordening bekostiging leerlingenvervoer Leiden.

College

Mevrouw C. Baeten, consulent doelgroepenvervoer Forseti en

Mevrouw J. Hoegen, teamleider Outsourcing Forseti en hun eventuele opvolgers in functie

 
 
 

Het verlenen van mandaat omvat tevens de verlening van volmacht en machtiging.

7.2

 

Het privaat-, straf- en bestuursrechtelijk procederen over de (niet) genomen besluiten omtrent de bekostiging van leerlingenvervoer.

College

Mevrouw C. Baeten, consulent doelgroepenvervoer Forseti en

Mevrouw J. Hoegen, teamleider Outsourcing Forseti en hun eventuele opvolgers in functie

 
 
 

Het verlenen van mandaat omvat tevens de verlening van volmacht en machtiging.

8

 

Hoofdstuk 8 Rosa Manus

 
 
 
 
 
 

8.1

 

Het beslissen op aanvragen voor de maatwerkvoorziening ‘Vrouwenopvang’ op basis van de WMO.

College

De uitvoerende instelling voor de vrouwenopvang Rosa Manus

 
 
 
 

AAN DE GEMEENTE LEIDEN VERLEENDE MANDATEN

9

 

Hoofdstuk 9 (Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude)

 
 
 
 
 
 
 
 

Financieel

 
 
 
 
 
 

9.1

 

Het ondertekenen van routinematige correspondentie niet zijnde besluiten en/of beschikkingen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.2

 

Het verlenen van uitstel van betalingen en het in dat verband treffen van betalingsregelingen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.3

 

Het versturen van aanslagen en facturen en het treffen van betalings- en invorderingsmaatregelen van o.a. grafrechten, leges, huren, (erf)pachten, havengelden, marktgelden en vorderingen uit hoofde van privaatrechtelijke verbintenissen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.4

 

Het bij de rechtbank aanhangig maken van een vordering kleiner dan € 25.000,--.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden cluster Interne dienstverlening en advisering

 
 
 

9.5

 

Het ondertekenen van de verklaring derdenbeslag, wanneer derdenbeslag onder de deelnemer is gelegd.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaa.t

9.6

 

Het doen van aangifte BTW voor het totaal van de deelnemer en aangiften van het BTW-compensatie-fonds.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 
 

9.7

 

Het doen van verklaring van de vorderingen en zaken die door beslag zijn getroffen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.8

 

Het verrichten van betalingen en spoedbetalingen t.b.v. door of namens de gemeente aangegane verplichtingen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat na overleg en met instemming van de gemeente, overeenkomstig een door de gemeente gefiatteerde procedure.

9.9

 

Het doen van aangifte van Informatie Voor Derden (IV3), EMUsaldo en van andere aangiftes waartoe een deelnemer als werkgever of als rechtspersoon is gehouden.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 
 

9.10

 

Het per kwartaal doen van opgaaf aan de toezichthouder (Provincie) rond de kasgeldlimiet van de Wet fido.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

 
 
 
 

9.11

 

Het opnemen of uitzetten van middelen op de geldmarkt met een looptijd van minder dan een jaar.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.12

 

Het opnemen van geldleningen op de kapitaalmarkt.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.13

 

Het verstrekken van geldleningen via de kapitaalmarkt.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.14

 

Het vervroegd aflossen van leningen op de kapitaalmarkt.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.15

 

Het beheer van de portefeuille aangaande langlopende leningen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.16

 

Het doen van beleggingen op de kapitaalmarkt.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.17

 

Het beheer van de beleggingsportefeuille.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.18

 

Bevoegdheden tot uitvoering van het treasurybeleid Zie art. 160, eerste lid onderdeel e Gemeentewet.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

Het gebruik van de bevoegdheden vindt plaats conform het gemeentelijk Treasurystatuut.

9.19

 

Machtiging om namens de burgemeester procuratie te verlenen op de bankrekening(en) van de gemeenten, ter uitvoering van het betalingsverkeer van de gemeenten, zoals opgedragen in de gemeenschappelijke regeling. Zie art. 171 Gemeentewet.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur IDA gemeente Leiden

 
 

De kaders van dit mandaat worden bepaald door de vastgestelde centrumregeling resp. de Dienstverleningsover-eenkomst met de gemeente Leiden en het gemeentelijk Treasurystatuut. Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat na overleg en met instemming van de gemeente, overeenkomstig een door de gemeente gefiatteerde procedure.

 
 

HRM

 
 
 
 
 
 

9.20

 

Het uitvoeren van het wervings- en selectiebeleid, waaronder het voeren van sollicitatieprocedures en het ondertekenen van de relevante correspondentie zoals ontvangstbevestiging, uitnodiging etc.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Ondertekeningsmandaat

9.21

 

Het in behandeling nemen, behandelen en bekendmaken van besluiten, genomen door de deelnemers, op grond van de desbetreffende rechtspositieregeling (Cao Gemeenten) en eigen lokale regelingen, met uitzondering van disciplinaire maatregelen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Ondertekeningsmandaat

9.22

 

Het behandelen en bekendmaken van besluiten, genomen door de deelnemers, in het kader van de functiebeschrijving en functiewaardering.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Ondertekeningsmandaat

9.23

Sociale zekerheids-wetgeving, de boven-wettelijke WW en suppletie-regelingen.

Het verstrekken van informatie aan UWV / ABP / Loyalis/ IZA /Arbo Unie en/of overige uitvoerings-instanties in het kader van sociale zekerheids-wetgeving, de bovenwettelijke WW en suppletie-regelingen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.24

 

Het uitvoeren van (gelegd) loonbeslag.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.25

 

Het afgeven van werkgeversverklaringen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.26

 

Het uitvoeren van administratieve werkzaamheden op het gebied van de salaris en personeelsadministratie.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

 
 

Juridisch

 
 
 
 
 
 

9.27

 

Het voeren van de correspondentie en het verrichten van alle (rechts)handelingen in het kader van bezwaarprocedures, met uitzondering van het nemen van de beslissing op bezwaar.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.28

 

Het in behandeling nemen, behandelen en nemen van besluiten over aansprakelijkstellingen door derden, uitgezonderd planschadeverzoeken.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat. Over erkenning van aansprakelijkheid kan alleen worden besloten na overleg en overeenstemming met de betrokken deelnemer.

9.29

 

Het aansprakelijk stellen van derden voor door hen bij de gemeente veroorzaakte schade (regreszaken).

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Gemeentelijke vakafdelingen melden de schade bij Gemeente Leiden. Ondermandaat kan worden verleend aan een medewerker. Over het aansprakelijk stellen van derden kan alleen worden besloten na overleg en overeenstemming met de betreffende deelnemer.

9.30

 

Het voeren van schriftelijk en mondeling verweer, het verschaffen van nadere inlichtingen en het vertegenwoordigen van de burgemeester, het college en de gemeenteraad ter rechtszitting in verband met de ingediende bezwaarschriften, zienswijzen en bedenkingen, ingesteld (hoger) beroep en/of verzoeken om voorlopige voorziening en verzet procedures bij de gemeentelijke commissie bezwaarschriften, de gerechten, het college van gedeputeerde staten, de Centrale Raad van Beroep , de (voorzitter van de) Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat De te volgen procedure en de stukken worden besproken met de betrokken deelnemer.

9.31

 

Het inschakelen van juridische bijstand ten behoeve van rechtsgedingen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Na overleg en in overeenstemming met de betrokken deelnemer.

9.32

 

Het aanwijzen van een klachtencoördinator.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

 
 
 

9.33

 

Het aanwijzen van secretarissen van de bezwaarschriftencommissies en arbeidsgeschillencommissies van de deelnemers.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 
 

9.34

 

Het verrichten van rechts- en feitelijke handelingen in het kader van aanbestedingsprocedures voor werken, leveringen en diensten, niet zijnde het aangaan van een overeenkomst.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

 
 

Privacy & AVG

 
 
 
 
 
 

9.35

artikel 30 AVG

het bijhouden van het register van verwerkingsactiviteiten met persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Privacy officer

 
 
 

9.36

artikel 33 en 34 AVG

melden van een inbreuk in verband met persoonsgegevens (datalekken) aan autoriteit persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Privacy officer, security officer, chief information security officer en functionaris gegevensbescherming

 
 
 

9.37

artikel 15, 16, 17, 18, 20 en 21 AVG

het besluiten op verzoeken ten aanzien van persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden van privacy officers of manager juridische zaken

 
 
 
 
 

Data

 
 
 
 
 
 

9.38

 

Het verrichten of uitvoeren van diverse bevoegdheden en/of handelingen in het kader van de Wet Kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkpb)

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.39

 

Alle beslissingen ter uitvoering van de Wet Basisadministratie adressen en gebouwen (BAG) en de Wet basisregistratie grootschalige topografie (BGT)

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.40

 

Het bevragen van (openbare) registers zoals Kadaster en Kamer van Koophandel ter uitvoering van de overgedragen taken en het verwerken van de opgevraagde gegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.41

 

Het bevragen van het GBA-V ter uitvoering van de overgedragen taken en het verwerken van de opgevraagde gegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

 
 

Archief

 
 
 
 
 
 

9.42

 

De bevoegdheid tot het uitvoeren van alle op de gemeentelijke taken betrekking hebbende, uit de Archiefwet voortvloeiende, bevoegdheden.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 
 
 
 

Privacy en AVG

 
 
 
 
 
 

9.43

Artikel 30 AVG

Het bijhouden van het register van verwerkingsactiviteiten met persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Privacy officer

 
 
 

9.44

Artikel 33 en 34 AVG

Melden van een inbreuk in verband met persoonsgegevens (datalekken) aan autoriteit persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Privacy officer, security officer, chief information officer en functionaris gegevensbescherming

 
 
 

9.45

Artikel 15, 16, 17, 18, 20 en 21 AVG

Het besluiten op verzoeken ten aanzien van persoonsgegevens

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Manager gemeente Leiden

 
 
 
 
 

Sociaal domein

 
 
 
 
 
 

9.46

Wmo, Jeugdwet,Toezicht en handhaving in de zorg 2021 - 2023

Het uitvoeren van toezicht van rechtmatig gebruik van Wmo- en Jeugdwetzorg

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Door college aangewezen toezicht-houders

 
 

Het verlenen van mandaat omvat tevens de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging.

9.47

Participatiewet

Het uitvoeren van toezicht en handhaving van de Participatiewet

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Door college aangewezen toezicht-houders

 
 
 

9.48

Wet Inburgering 2021

Het vaststellen, wijzigen en intrekken van een persoonlijk plan inburgering en participatie zoals bedoeld in artikel 15 van de Wet Inburgering 2021;

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Secretaris

Directeur PMO

RVT-manager PMO

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.49

Wet Inburgering 2021

Het opleggen, wijzigen en intrekken van een bestuurlijke boete zoals bedoeld in artikelen 22 en 23 van de Wet Inburgering 202

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Secretaris

Directeur PMO

RVT-manager PMO

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.50

Wet Inburgering

2021

Het vaststellen, wijzigen en intrekken van een ontzorgingsbeschikking zoals bedoeld in artikel 56a van de Participatiewet.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Secretaris

Directeur PMO

RVT-manager PMO

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat

9.51

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het besluiten op aanvragen die in het kader van de specialistische Maatschappelijke Zorg (beschermd wonen en maatschappelijke opvang) aan het Regionaal Team Maatschappelijke Zorg ter consultatie dan wel advies worden voorgelegd te beslissen op grond van

hoofdstuk 2, paragraaf 3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, en de vigerende Verordening en beleidsregels maatschappelijke ondersteuning van de gemeente Leiden voor zover deze betrekking hebben op beschermd wonen en maatschappelijke opvang.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.52

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het privaat-, straf- en bestuursrechtelijk procederen over de (niet) genomen besluiten omtrent de regionale Maatschappelijke Zorg.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.53

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Het verwerken en archiveren van de voor de uitoefening van de onder 7.51 en 7.52 opgenomen mandaten noodzakelijke (persoons)gegevens en om de reeds opgebouwde archieven te laten beheren tot en met de uiteindelijke vernietiging (of overbrenging) van de archiefbescheiden.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiden

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.54

 

Het beslissen op aanvragen om subsidie in het kader van de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio op grond van de Algemene subsidieverordening (ASV) van de gemeente Leiden en subsidieregelingen van de gemeente Leiden voor zover deze betrekking hebben op de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio; en de inhoudelijke notitie zoals vastgesteld door de colleges van de Leidse Regio met daarin een beschrijving van de algemene voorzieningen maatschappelijk zorg Leidse Regio;

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.55

 

De subsidies in het kader van de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio vast te stellen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.56

 

Over de beslissingen als bedoeld onder de punten 7.54 en 7.55 privaat-, straf- en bestuursrechtelijk te procederen.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

9.57

 

De voor de uitoefening van de onder 7.54 tot en met 7.56 genoemde mandaat noodzakelijke (persoons-)gegevens te verwerken en archiveren en om de reeds opgebouwde archieven te laten beheren tot en met de uiteindelijke vernietiging (of overbrenging) van de archiefbescheiden.

College Oegstgeest, Leiderdorp en Zoeterwoude

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

 
 

Hoofdstuk 10 (Voorschoten)

 
 
 
 
 
 

10.1

 

Het beslissen op aanvragen om subsidie in het kader van de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio op grond van de Algemene subsidieverordening (ASV) van de gemeente Leiden en subsidieregelingen van de gemeente Leiden voor zover deze betrekking hebben op de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio; en de inhoudelijke notitie zoals vastgesteld door de colleges van de Leidse Regio met daarin een beschrijving van de algemene voorzieningen maatschappelijk zorg Leidse Regio;

College Voorschoten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

10.2

 

De subsidies in het kader van de algemene voorzieningen maatschappelijke zorg Leidse Regio vast te stellen.

College Voorschoten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

10.3

 

Over de beslissingen als bedoeld onder de punten 8.1 en 8.2 privaat-, straf- en bestuursrechtelijk te procederen.

College Voorschoten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

10.4

 

De voor de uitoefening van dit mandaat noodzakelijke (persoons-)gegevens te verwerken en archiveren en om de reeds opgebouwde archieven te laten beheren tot en met de uiteindelijke vernietiging (of overbrenging) van de archiefbescheiden.

College Voorschoten

College gemeente Leiden

Directeur gemeente Leiden

Manager Beleid Maatschappelijke ontwikkeling

 

Deze bevoegdheid omvat de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat.

Toelichting Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024

Inleiding

Voor u ligt de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024. Dit is een geactualiseerde versie van de Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2023 die hierbij ook is ingetrokken.

Vanaf 1 januari 2022 heeft de gemeente Leiden een Bevoegdhedenregeling met een nieuwe systematiek: die van de omgekeerde mandaatregeling.

In het algemeen deel van de toelichting leggen we uit wat deze nieuwe methodiek inhoudt en wat de verschillen zijn met de oude methodiek. Daarnaast geven we in het algemeen deel uitleg over enkele juridische begrippen en beschrijven we de opbouw van de Bevoegdhedenregeling. In de artikelsgewijze toelichting geven wij – voor zover nodig – uitleg over de verschillende artikelen.

Algemene toelichting

Ambtenaren nemen dagelijks besluiten in naam van de gemeente. Daarnaast verstrekken zij opdrachten en sluiten zij overeenkomsten. Het is voor iedereen van belang om te weten of ambtenaren deze handelingen ook mogen uitvoeren. Zijn zij wel bevoegd om zulke (rechts-)handelingen te verrichten? Het college en de burgemeester stellen daarom een Bevoegdhedenregeling vast waarin zij de verdeling van hun bevoegdheden regelen. Het verlenen van mandaat zorgt ervoor dat het college en de burgemeester niet dagelijks bezig zijn met het nemen van besluiten. Door bevoegdheden te laten uitvoeren door een ander (te mandateren) is het eenvoudiger om administratieve procedures sneller te doorlopen, de dienstverlening aan burgers te verbeteren en de organisatie klantvriendelijker te maken.

Mandaat, delegatie en attributie

Titel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) gaat over mandaat, delegatie en attributie. Het publiekrecht gebruikt deze begrippen om duidelijk te maken op welke manier iemand een bevoegdheid krijgt. Attributie betekent dat in de wet staat dat een specifieke functionaris een nieuwe bevoegdheid krijgt. Voorbeelden hiervan zijn de bevoegdheid tot het heffen van leges (heffingsambtenaar) en de bevoegdheden van de ambtenaar van de burgerlijke stand. Bij delegatie en mandaat laat een bestuursorgaan een bevoegdheid door een ander uitoefenen. Bij delegatie draagt het bestuursorgaan de bevoegdheid volledig over en verliest daardoor de zeggenschap. Bij mandaat laat het bestuursorgaan zijn bevoegdheid door een ander uitoefenen (maar mag dat ook zelf nog doen). Het bestuursorgaan blijft wel verantwoordelijk voor die bevoegdheidsuitoefening.

Deze Bevoegdhedenregeling heeft geen betrekking op geattribueerde bevoegdheden (zie artikel 2) en heeft ook geen betrekking op delegatie van bevoegdheden. De regeling heeft alleen betrekking op bevoegdheden die op grond van de wet bij het college of de burgemeester liggen en vervolgens worden gemandateerd.

Mandaat, volmacht en machtiging

Zoals hierboven is vermeld gaat deze regeling alleen over mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (artikel 10:1 Awb). Meestal verleent het bestuursorgaan mandaat aan ambtenaren maar het bestuursorgaan kan ook mandaat geven aan personen of ambten die geen deel uitmaken van de gemeentelijke organisatie (externen). De gemandateerde (degene die het mandaat krijgt) handelt namens de mandaatgever (het college of de burgemeester) en de in mandaat genomen besluiten blijven de verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.

Mandaat is een vorm van formele vertegenwoordiging voor het nemen van (publiekrechtelijke) besluiten. Daarnaast speelt feitelijke vertegenwoordiging een rol. Het kan nodig zijn dat ambtenaren feitelijke handelingen verrichten namens het college of de burgemeester. Voorbeelden hiervan zijn: het voeren van verweer in een rechtszaak, het versturen van brieven of het bijwonen van overleg. Als het gaat om feitelijke handelingen dan gebruik je de term machtiging. Tot slot kan het ook gaan om privaatrechtelijke handelingen die je uitvoert namens het bestuursorgaan. In dat geval is de juridische term volmacht. Zowel bij mandaat als bij machtiging en volmacht is sprake van vertegenwoordiging namens het bestuursorgaan. De Bevoegdhedenregeling heeft betrekking op allerdrie de vormen (zie artikel 9 van de regeling). Voor het gemak hanteren we steeds de term mandaat.

Kader Bevoegdhedenregeling

De Bevoegdhedenregeling bestaat uit een regelgevend kader dat een aantal artikelen bevat en uit verschillende bijlagen:

  • Bijlage 1 bevat de bevoegdheden die bij het college en de burgemeester liggen.

  • Bijlage 2 bevat de bevoegdheden die zijn gemandateerd en bij de portefeuillehouder liggen. Dit moet wel aansluiten bij de door het college vastgestelde portefeuilleverdeling.

  • Bijlage 3 bevat de bevoegdheden die bij de gemeentesecretaris liggen.

  • Bijlage 4 bevat de bevoegdheden die bij de directeuren liggen. Hierbij geldt dat sommige bevoegdheden bij alle directeuren liggen en andere bevoegdheden slechts bij een specifieke directeur.

  • Bijlage 5 bevat de bevoegdheden die bij de afdelingsmanagers liggen. Hierbij geldt dat sommige bevoegdheden bij alle afdelingsmanagers liggen en andere bevoegdheden bij een specifieke afdelingsmanager van een bepaalde afdeling. Het is ook mogelijk dat bevoegdheden bij alle afdelingsmanagers van een bepaald cluster liggen.

  • Bijlage 6 bevat de bevoegdheden die bij de teammanagers liggen.

  • Bijlage 7 bevat de bevoegdheden die bij de teamcoördinatoren liggen.

  • Bijlage 8 bevat de bevoegdheden die bij enkele specifieke functionarissen liggen.

  • Bijlage 9 is een lijst met alle (ontvangen en verleende) externe mandaten.

De bevoegdheden die in de verschillende bijlagen zijn opgenomen zijn onderverdeeld in:

  • Bestuurlijk-juridische aangelegenheden (waaronder publiekrecht en privaatrecht);

  • Personeelsaangelegenheden.

Systematiek omgekeerde mandaatregeling

De huidige methodiek (de omgekeerde mandaatregeling) wijkt af van de hiervoor gehanteerde systematiek. In de oude systematiek was het gebruikelijk om alle bevoegdheden die het college of de burgemeester mandateren met name te noemen in het mandaatregister, onder vermelding van de toepasselijk wet en het wetsartikel. Deze methode heeft voor- en nadelen.

Het belangrijkste voordeel is dat je vrij nauwkeurig kan nagegaan welke functionaris een bepaalde bevoegdheid heeft. Als een bevoegdheid niet is opgenomen in het mandaatregister dan is geen sprake van mandaat en is het college dan wel de burgemeester bevoegd.

Het grootste nadeel van deze methodiek is dat het mandaatbesluit snel veroudert en daardoor erg onderhoudsgevoelig is. Bij iedere wijziging in wetgeving moet je het mandaatbesluit aanpassen. Daarnaast is vaak sprake van een zeer uitgebreid document waardoor het niet heel gebruikersvriendelijk is. Ook het feit dat alle bevoegdheden op een vergaande concrete wijze zijn beschreven kan leiden tot problemen. Een kleine afwijking in de omschrijving leidt er al toe dat geen sprake is van een gegeven mandaat. Dit kan ten koste gaan van een efficiënte en effectieve uitvoering van bevoegdheden.

Het college en de burgemeester van de gemeente Leiden hebben sinds de Bevoegdhedenregeling 2022 gekozen voor een beknoptere en minder onderhoudsgevoelige systematiek.

Er is sprake van een zogenaamd omgekeerde mandaatregeling. Dit houdt in dat de Bevoegdhedenregeling alleen die bevoegdheden met name benoemt die niet zijn gemandateerd. Hierbij ligt de nadruk op slagvaardigheid van de gemeentelijke organisatie, met als uitgangspunt dat bevoegdheden in beginsel op een zo laag mogelijk niveau liggen. Het resultaat van deze werkwijze is dat de meeste bevoegdheden zijn gemandateerd, immers alles wat niet is opgesomd in de bijlagen is gemandateerd.

Het college en de burgemeester beschikken over een reeks van bevoegdheden. Sommige daarvan kunnen ze niet mandateren omdat de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaatverlening verzet (artikel 10:3 Awb). Andere bevoegdheden kunnen zij in principe wel mandateren maar deze willen zij toch zelf uitoefenen uit politieke en bestuurlijke overwegingen. Deze bevoegdheden zijn allemaal opgenomen in bijlage 1. Bij de bevoegdheden van de burgemeester gaat het hierbij met name om bevoegdheden op het gebied van openbare orde en veiligheid. Deze bevoegdheden mag de burgemeester niet mandateren vanwege de aard van de bevoegdheid.

De bevoegdheden die in de bijlagen 2 t/m 7 staan zijn allemaal bevoegdheden die door het college of de burgemeester gemandateerd zijn maar niet aan de medewerker. Zij liggen bijvoorbeeld op het niveau van de directeur of de afdelingsmanager. De keuze voor het niveau ligt in principe bij de clusters zelf. Wel is voor de personeelsaangelegenheden een keuze gemaakt die voor alle clusters hetzelfde is. De gedachte hierachter is dat het niet wenselijk is als bepaalde personele bevoegdheden in het ene cluster bijvoorbeeld bij de afdelingsmanager liggen en in het andere cluster bij de directeur.

Hogere functies kunnen bevoegdheden die op een lager functieniveau liggen ook altijd blijven uitoefenen. Dit is het gevolg van de opbouw van de ambtelijke organisatie. Daarentegen is het niet mogelijk om ondermandaat te verlenen voor bevoegdheden die op een bepaald niveau liggen. Dit staat ook in artikel 4, lid 10.

Kenmerkend voor de systematiek van de omgekeerde mandaatregeling is dat de meeste bevoegdheden heel algemeen zijn omschreven. Dit is mogelijk doordat artikel 5 van de Bevoegdhedenregeling aangeeft dat een functionaris van een mandaat slechts gebruik kan maken ten aanzien van aangelegenheden die behoren tot het werkterrein van het cluster, tot de aan hem opgedragen opgave of tot het eigen werkterrein.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Hier omschrijven we enkele begrippen die in de regeling staan. De definities die we gebruiken zijn hetzelfde als de definities die in het Organisatiebesluit en de Budgethoudersregeling staan.

De functies coördinerend senior, de operationeel manager en teamcoördinator bestaan vanaf de wijziging van de leidinggevendenstructuur per 1 januari 2022. De functie operationeel manager wordt op 1 januari 2024 vervangen door de functie teammanager. Er is een keuzemogelijkheid om voor één of meerdere van deze teamleidinggevende functies te kiezen. Dit is afhankelijk van de teamcontext.

Wij geven ook definities van enkele soorten overeenkomsten:

  • -

    Bestuursovereenkomst;

  • -

    Convenant;

  • -

    Dienstverleningsovereenkomst;

  • -

    Private-publieke samenwerking (PPS);

Dit doen we omdat in de praktijk veel vragen blijven bestaan over de bevoegdheid om een overeenkomst te sluiten. Er zijn enkele overeenkomsten die alleen het college mag sluiten. Met name van deze overeenkomsten geven wij een definitie. Daarbij is het goed om te bedenken dat in de praktijk veel verschillende definities bestaan en dat ook andere benamingen voorkomen. Zo kom je onder andere de volgende termen tegen: Samenwerkingsovereenkomst, Raamovereenkomst en Intentieovereenkomst.

Niet de naam is bepalend maar de aard van de overeenkomst bepaalt of het college bevoegd is. Als de overeenkomst naar aard een bestuursovereenkomst is, dan is het college bevoegd. Ook als de naam van de overeenkomst samenwerkingsovereenkomst is. Uit de definities van Convenant, Bestuursovereenkomst en PPS blijkt dat het hier om belangrijke overeenkomsten gaat die terecht bij het college liggen.

Voor overige overeenkomsten is de afdelingsmanager bevoegd. Dit geldt in de praktijk voor de meeste overeenkomsten. Wel is het van belang om hierbij ook te letten op de Budgethoudersregeling. In deze regeling staan maximale bedragen waaraan de afdelingsmanager is gebonden. Bij overschrijding van dit bedrag is in principe de directeur van het cluster bevoegd.

In de Bevoegdhedenregeling spreken we consequent over ‘het aangaan van overeenkomsten’. Hieronder valt automatisch ook de bevoegdheid tot wijzigen, beëindigen, ondertekenen en uitvoeren van de overeenkomst.

Artikel 2. Geattribueerde bevoegdheden

De Bevoegdhedenregeling gemeente Leiden 2024 is vastgesteld door het college en door de burgemeester. De gemandateerde bevoegdheden betreffen alleen bevoegdheden van het college en de burgemeester. Geattribueerde bevoegdheden zijn bevoegdheden die in een wet of regeling aan een specifieke functionaris zijn toegekend. Het is aan de functionaris die de bevoegdheden geattribueerd heeft gekregen om te besluiten tot mandaatverlening en niet aan het college of de burgemeester. De bepalingen uit deze Bevoegdhedenregeling hebben alleen betrekking op bevoegdheden van het college en de burgemeester en niet op geattribueerde bevoegdheden.

Artikel 3 Mandaat portefeuillehouder en gemeentesecretaris

Dit artikel maakt onderscheid tussen de mandaten aan de portefeuillehouder (de zogenaamde bestuurlijke mandaten) en de mandaten aan de gemeentesecretaris. De bevoegdheden die het college of de burgemeester aan de gemeentesecretaris mandateren kunnen ook lager in de ambtelijke organisatie worden gelegd tot aan het niveau van de medewerker. Dit geldt voor alle bevoegdheden met uitzondering van de bevoegdheden die blijven liggen bij een bepaald functieniveau. De bevoegdheden die het college mandateert aan de portefeuillehouder blijven bij de portefeuillehouder. Er vindt geen ondermandatering plaats in de ambtelijke lijn.

Artikel 4 Mandaat overige functionarissen

Dit artikel geeft aan welke functionarissen in de lijn gemandateerd zijn. Hiervoor is aansluiting gezocht bij de leidinggevende structuur en de functiebenamingen die vanaf 1 januari 2022 van kracht zijn. Uitgangspunt is dat bevoegdheden tot het laagste niveau zijn ondergemandateerd, tenzij de bevoegdheid voorkomt op één van de bijlagen. Bevoegdheden die voorkomen op één van de bijlagen liggen bij het functieniveau waar de bijlage op betrekking heeft. Hogere functieniveaus kunnen deze bevoegdheden ook uitvoeren. Het is echter niet mogelijk om de bevoegdheden die op een bijlage staan verder te mandateren.

Artikel 5 Voorwaarden mandaat

Dit artikel regelt de voorwaarden die gelden bij de mandatering van bevoegdheden. Dit betekent dat als niet is voldaan aan de voorwaarden, geen sprake is van een rechtsgeldig mandaat. De bevoegdheden zijn over het algemeen vrij algemeen en generiek geformuleerd. De voorwaarde dat een mandaat slechts geldt als het gaat om aangelegenheden die behoren tot het werkterrein van het cluster, de opgedragen opgave of het eigen werkterrein voorkomt dat functionarissen besluiten nemen buiten hun eigen vakgebied of werkterrein. De voorwaarde dat functionarissen binnen de vastgestelde beleidskaders blijven en altijd de geldende Budgethoudersregeling in acht nemen, kadert de bevoegdheden duidelijk in. Tot slot geldt voor medewerkers dat zij alleen bevoegd zijn als het gaat om routinematige aangelegenheden die behoren tot het eigen cluster, de aan hen opgedragen opgave of tot het eigen werkterrein.

Artikel 6 Instructies uitoefening mandaat

De Awb biedt de mogelijkheid aan een mandaatgever om instructies te verbinden aan het mandaat (artikel 10:6 Awb). Het niet naleven van de instructies leidt niet tot onbevoegdheid van de gemandateerde functionaris. Dit is anders dan bij artikel 5 waarin de voorwaarden staan om te kunnen spreken van een geldig mandaat. Het verschil tussen beide artikelen heeft te maken met het feit dat uit jurisprudentie blijkt dat een mandaatbesluit duidelijkheid moet geven aan een burger over welke functionaris een mandaat heeft. Dit mag niet afhangen van een onzekere factor zoals de vraag of een besluit al dan niet politiek gevoelig is omdat hierdoor de rechtszekerheid in het geding komt. Om deze reden is gekozen voor de constructie waarbij sprake is van instructies voor de gemandateerde functionaris. Als de functionaris zich niet aan deze instructies houdt dan heeft dat geen externe rechtsgevolgen (het besluit is nog steeds bevoegd genomen) maar intern zal dit natuurlijk wel gevolgen kunnen hebben.

Artikel 7 Mandaat griffier

De gemeenteraad stelt de griffier aan. Deze behoort daarmee niet tot de ambtelijke organisatie. De bevoegdheden van de griffier staan grotendeels in de Gemeentewet. Daarnaast krijgt hij bevoegdheden vanuit de raad. Toch is het wenselijk dat het college bepaalde bevoegdheden mandateert aan de griffier. Het gaat hierbij om algemene bevoegdheden van het college die betrekking hebben op de griffie. In dit artikel staat welke bevoegdheden bij de griffier liggen. Op deze bevoegdheden is niet de systematiek van de omgekeerde mandaatregeling van toepassing.

Artikel 8 Ondertekening

Uit de ondertekening moet blijken welk bestuursorgaan oorspronkelijk bevoegd is. Daarnaast ondertekent de gemandateerde functionaris met zijn naam, de functiebenaming en de afdeling waar hij werkt. Het oorspronkelijk bevoegd bestuursorgaan zal vaak het college zijn. Artikel 171, lid 1 Gemeentewet bepaalt echter dat de burgemeester de gemeente in en buiten rechte vertegenwoordigt. Uit deze bepaling volgt dat de burgemeester bevoegd is tot het ondertekenen van overeenkomsten. De ondertekening van een overeenkomst vindt dus namens de burgemeester plaats. Andere bevoegdheden van de burgemeester liggen met name op het gebied van de openbare orde.

Artikel 9 Volmacht en machtiging

Dit artikel bepaalt dat de regels die op grond van deze Bevoegdhedenregeling gelden voor mandaat, ook van toepassing zijn op volmacht en machtiging. De term volmacht betekent dat het gaat om privaatrechtelijke bevoegdheden. De term machtiging gebruik je voor bevoegdheden die geen besluiten zijn en ook geen privaatrechtelijke handelingen.

Artikel 10 Overgangsbepaling

Artikel 11 Intrekking vorige besluit

Bij de inwerkingtreding van de nieuwe Bevoegdhedenregeling wordt de laatst geldende Bevoegdhedenregeling ingetrokken.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Een besluit treedt pas in werking als het op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt. Na publicatie treedt dit besluit in werking per 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Deze bepaling spreekt voor zich. De citeertitel gebruik je met name in officiële (juridische) documenten, in de communicatie naar buiten en bij verwijzing naar de publicatie van de regeling op overheid.nl.