Deelverordening Incidentele subsidies Sportevenementen

Geldend van 21-04-2012 t/m heden

Intitulé

Deelverordening Incidentele subsidies Sportevenementen

Artikel 1 Doel en reikwijdte van de verordening

Overeenkomstig de bepalingen van deze deelverordening wordt een subsidie verleend ten behoeve van het organiseren van, dan wel deelnemen aan, buiten de reguliere activiteiten vallende, sportevenementen.

Artikel 2 Definities

  • a. Onder sportvereniging wordt verstaan een in Leiden gevestigde sportvereniging die is aangesloten bij een erkende landelijke bond. Deze landelijke bond dient de belangen van de desbetreffende tak van sport te behartigen en moet aangesloten zijn bij NOC*NSF.

  • b. Onder topsporter wordt verstaan de persoon die uitkomt in het hoogste officiële verband van competitie in de desbetreffende tak van sport en de (talentvolle) sporter, die deel uitmaakt van de nationale jeugd- en seniorenselectie.

  • c. Onder topsportteam wordt verstaan een team dat uitkomt in het hoogste officiële verband van competitie in de desbetreffende tak van sport.

  • d. Onder koepelorganisatie wordt verstaan een in Leiden gevestigde organisatie die optreedt als representatief organisatorisch orgaan voor bij haar aangesloten sportverenigingen. De koepelorganisatie dient aangesloten te zijn bij de sportbond werkzaam op het terrein van de specifieke tak van sport welke door de koepelorganisatie wordt vertegenwoordigd .

Artikel 3 Aard en omvang subsidiabele evenementen

  • De evenementen moeten naar aard en omvang voor het Leidse sportleven van belang worden geacht. Hieronder worden verstaan:

  • a. amateur-sportevenementen die in Leiden plaatsvinden, zoals:

    - Leidse, nationale en internationale kampioenschappen;

    - jubileumtoernooien (25, 50, 75 jaar, etc), nationale en internationale toernooien;

    - interlandwedstrijden en internationale wedstrijden;

  • b. deelname aan sportevenementen die in het buitenland plaatsvinden;

  • c. deelname aan Olympische Spelen.

Artikel 4 Aard en omvang subsidie

  • a. De beschikbaar te stellen subsidie is 50% van het subsidiabel tekort, tot een maximum van€ 455,-- per evenement voor sportverenigingen en koepelorganisaties, echter voor niet meer dan twee evenementen per jaar. Voor individuele topsporters is de beschikbaar te stellen subsidie 50% van het subsidiabel tekort, tot een maximum van € 455,-- per jaar. Voor topsportteams is de beschikbaar te stellen subsidie 50% van het subsidiabel tekort, tot een maximum van € 908,-- per jaar. Het subsidiabel tekort bestaat uit het nadelig verschil tussen de subsidiabele kosten en de inkomsten van het evenemen

  • b. Subsidiabele kosten zijn kosten die rechtstreeks samenhangen met de organisatie van of deelname aan het evenement, behalve de kosten voor personeel, materiaal, kleding, catering en recepties.

  • c. Indien subsidie wordt verleend, wordt deze geacht direct te zijn vastgesteld

Artikel 5 Subsidieaanvraag

  • a. Aanvragen kunnen ingediend worden door besturen van sportverenigingen, koepelorganisaties, maatschappelijke organisaties zonder commercieel oogmerk, individuele topsporters en vertegenwoordigers van topsportteams.

  • b. Een subsidieaanvraag op grond van deze verordening wordt slechts in behandeling genomen indien zij tenminste dertien weken voor (aanvang van) de activiteit is ingediend.

  • c. De subsidieaanvraag gaat vergezeld van een, met inbegrip van de gemeentelijke subsidie, sluitende begroting en een bewijs van lidmaatschap van een erkende landelijke bond, welke is aangesloten bij NOC*NSF. Voor de individuele topsporter en het topsportteam geldt, dat zij een bewijs van inschrijving van het NOC*NSF dan wel het Olympisch Steunpunt overleggen.

  • d. De subsidieaanvraag bevat een (post-)bankrekeningnummer van de aanvrager waarop de subsidie kan worden overgemaakt.

  • e. De subsidie wordt geweigerd voor zover door verstrekking van de subsidie, het door de gemeenteraad in het kader van de begrotingsvaststelling, vastgelegde subsidieplafond wordt overschreden.

Artikel 6 Subsidievaststelling

  • a. Uiterlijk dertien weken na afloop van het evenement dient een inhoudelijke en financiële verantwoording bij het College te zijn ingediend. De inhoudelijke verantwoording bevat het totaal aantal deelnemers en, voor zover het deelname aan internationale sportevenementen betreft, de deelnemende landen. Tevens dient de door de sportvereniging, topsporter of topsportteam behaalde plaats in het eindklassement in het verslag te zijn opgenomen.

  • b. De instelling, de individuele topsporter of het topsportteam kan het College van Burgemeester en Wethouders schriftelijk en met redenen omkleed om maximaal twee maanden uitstel vragen voor indiening van het verslag.

  • c. Indien blijkt dat de subsidie niet is aangewend voor het doel waarvoor de subsidie is aangevraagd, zal de subsidie worden teruggevorderd.

  • d. Op basis van de ingediende verantwoording zal het College van Burgemeester en Wethouders binnen drie maanden na ontvangst van de afrekening tot definitieve vaststelling van de subsidie overgaan.

Artikel 7 Overgangs- en slotbepalingen

  • a. Voor de subsidieverlening gelden de bepalingen van de Algemene Subsidieverordening 2012 van de gemeente Leiden.

  • b. Het College van Burgemeester en Wethouders beslist in alle voorkomende gevallen waarin deze deelverordening niet voorziet.

  • c. Het College van Burgemeester en Wethouders is bevoegd om in bijzondere gevallen, mits gemotiveerd, af te wijken van de bepalingen in deze deelverordening.

  • d. Deze deelverordening kan worden aangehaald als ‘Deelverordening Incidentele subsidies Sportevenementen’.

  • e. Deze gewijzigde deelverordening treedt in werking op de achtste dag na de bekendmaking.